29 maart 2017 – Frits de Thouars, GZ-psycholoog geeft zijn commentaar op de reactie van minister Schippers van VWS op de kamervragen van het Kamerlid Leijten (SP) over de protesten tegen het verplicht in moeten vullen en aan moeten leveren van routine outcome measure (Rom) gegevens in de geestelijke gezondheidszorg (ggz).
Als praktiserend GZ-psycholoog heb ik met belangstelling de schriftelijke reacties van Edith Schippers op Kamervragen gelezen. Bij alle antwoorden ervaar je dat zij zich strikt aan de oorspronkelijke doelstellingen van ROM houdt: kwaliteitsverbetering, meer inzage in en meebeslissen over de behandeling door de patiënt en benchmarking.
- Frappant echter is dat dit streven kennelijk alleen wordt toegepast in de GGZ en niet in de somatische gezondheidszorg. Ik werk ook in een huisartsenpraktijk waar geen ROM wordt uitgevoerd. Ik zie dit eveneens bij de somatische specialisten in de ziekenhuizen niet gebeuren.
- Ik vraag mij daarom af of er mogelijk een ander (verborgen) motief zit bij de invoering van ROM: wantrouwen en wellicht geen goed inzicht hebben van wat in de hulpverlening aan mensen met psychische problematiek de belangrijkste parameters zijn op grond waarvan patiënten de kwaliteit van de geboden hulp als goed of slecht beoordelen.
- Patiënten vragen naar hun bevindingen/beleving van de geboden hulp is zeer zinnig en nuttig in het kader van kunnen bijsturen en reflecteren. Het moet echter geen afzonderlijk onderdeel zijn naast de geboden hulp/zorg. Idealiter dient het een integraal deel van een therapeutisch proces te zijn, maar daarvoor zijn de nu gehanteerde instrumenten niet bedoeld, niet geschikt of onvolledig.
Hopelijk draagt mijn reactie bij aan de actie Het roer moet om! De (huis) artsen zijn met dezelfde actie naar de overheid toe zeer succesvol geweest.
Met groet,
Frits de Thouars
GZ-psycholoog
Dit bericht is 7989 keer gelezen.