24 december 2021 – Een goede nachtrust is voor iedereen van belang. Zeker kinderen met een ontwikkelingsprobleem hebben baat bij voldoende slaap, maar tegelijkertijd hebben zij ook vaak slaapproblemen. Mariëlle van Bussel interviewt Shalini Soechitram, kinder- en jeugdpsychiater én slaapgeneeskundige over de ins en outs rondom slaap voor Balans Digitaal.
Wakker liggen ’s nachts, te laat je bed in en te vroeg eruit, een snurkende bedpartner, iedereen heeft weleens te maken met een slaaptekort. In je studententijd, als kersverse ouders, slaapgebrek is van alle tijden. Iedereen weet ook dat het impact heeft op je humeur, helemaal als het niet bij één nachtje blijft, en dat het op de lange termijn tot gezondheidsklachten kan leiden. Uit onderzoeken naar slaaponthouding komt naar voren dat mensen vaker psychotisch worden, eetproblemen ontwikkelen en in het geval van kinderen een achterblijvende groei kan ontstaan. Indirect kan een ernstig slaaptekort dus tot serieuze psychische en lichamelijke klachten leiden, en daarmee de levensverwachting verkorten.
‘Slaap is natuurlijk belangrijk om uit te rusten, maar het is veel meer dan dat,’ vertelt Shalini Soechitram, kinder- en jeugdpsychiater én somnoloog (slaapgeneeskundige). ‘Tijdens je slaap vindt er groei en herstel plaats van onder meer het hormoonstelsel en het zenuwstelsel. Het groeihormoon (voor het lichaam én het brein), het hongerhormoon en de neurale netwerken worden ’s nachts aangemaakt en aangelegd. Aangezien er in het brein van kinderen nog allerlei verbindingen aangelegd moeten worden, is voldoende slaap essentieel. Daarnaast verwerk je ’s nachts, met name tijdens de REM-slaap datgene wat je overdag hebt meegemaakt. Emoties krijgen zo een plekje in het brein.’
Leren en emoties
Een slaaptekort kan ook bij kinderen grote gevolgen hebben. Niet alleen als het gaat om hun gezondheid, maar ook op het gebied van leren en emoties, zo blijkt uit verschillende onderzoeken. ‘Jongeren leren minder snel nieuwe dingen na een slechte nachtrust, maar zijn ook minder goed in staat om het geleerde te reproduceren. Maar ook is er een negatief effect op de executieve functies, zoals emotieregulatie, het uitvoeren van een opdracht en in actie komen.’
Dat geldt helemaal voor kinderen met een ontwikkelingsprobleem. ‘Kinderen die al moeite hebben met hun executieve functies zullen daar nog meer last van hebben. Ook weten we uit onderzoek dat bij slaapgebrek autismekenmerken toenemen in aantal en in heftigheid. Kinderen met autisme kunnen nog minder goed schakelen, zijn meer rigide, sneller overprikkeld en explosiever. Omdat ze na een slechte nacht minder goed informatie kunnen opnemen, zijn ze ook minder goed in sociale interactie.’
Ruim 85 procent van de kinderen met autisme en 80 procent van de kinderen met ADHD hebben slaapproblemen
Veel kinderen met een ontwikkelingsprobleem kampen met slaapproblemen. Zo heeft ruim 85 procent van de kinderen met autisme en 80 procent van de kinderen met ADHD een slaapstoornis, zegt Shalini. Dan gaat het om bewegingsstoornissen, zoals slaapwandelen, moeizaam in slaap vallen (insomnie), moeilijk kunnen doorslapen (vooral bij kinderen met ADHD) of nachtterrors (schreeuwend wakker worden en ontroostbaar zijn).
‘Overprikkeling is vaak de reden dat bijvoorbeeld kinderen met autisme uren wakker liggen nadat ze naar bed zijn gegaan. Vaak wordt dan gezegd dat het aan de slaap zelf ligt, maar kijk eens wat er overdag is gebeurd, of zelfs een paar dagen terug. Maar ook ónderprikkeling kan een oorzaak zijn. We denken altijd dat kinderen met autisme zo weinig mogelijk prikkels moeten krijgen, maar te weinig prikkels krijgen, zorgt ook voor slaapproblemen. Het is daarom belangrijk om daar de juiste balans in te vinden.’
Melatonine
Nu er in de drogisterijen en zelfs supermarkten allerlei zelfhulpmiddeltjes voor een goede nachtrust verkrijgbaar zijn, wil de somnoloog daar een kanttekening bij maken. Te snel wordt er bijvoorbeeld naar melatonine gegrepen, waar ze zelf fel op tegen is. ‘Het is overal vrij verkrijgbaar waardoor ook mensen zonder enige kennis melatonine aan hun kinderen geven. Ik heb eens een jongen van tien jaar op mijn spreekuur gehad die niet meer kon slapen, omdat hij maar liefst vijftien milligram melatonine slikte, terwijl drie milligram echt het maximale is, liefst nog veel minder. Slik je te veel, dan werkt het averechts.’
Sowieso is melatonine niet altijd de juiste oplossing, omdat vaak onduidelijk is wat nou het werkelijke probleem is. ‘Bij sommige kinderen wordt onvoldoende melatonine aangemaakt. Voor hen zou een pilletje kunnen werken. Maar bij anderen kinderen wordt er wél genoeg melatonine aangemaakt, maar wordt het niet voldoende opgepikt door de receptoren. Als een kind met een slaapprobleem bij mij komt, weet ik niet welke van de twee problemen er speelt. Daarom is het ook veel beter om allereerst te kijken wat een kind overdag allemaal meemaakt en te verwerken krijgt, voordat je naar medicatie grijpt.’
Angsten
Een ander probleem dat samenhangt met het slapengaan is angst. Hoewel veel kinderen bang zijn voor een krokodil onder het bed of een pikdonkere kamer, geldt dat sterker voor bijvoorbeeld kinderen met autisme. Shalini: ‘Deze kinderen durven niet te gaan slapen, omdat ze bang zijn niet meer wakker te worden, angstig zijn in het donker of bang zijn dat hun ouders van wie ze afhankelijk zijn er de volgende ochtend niet meer zijn.’
Het allerbelangrijkste is aandacht, zegt Shalini. ‘Kinderen ervaren het zo, dus doe het niet af als iets onzinnigs. Sterker, ook al werkt een donkere kamer beter voor de aanmaak van melatonine, toch zou ik bij angsten een klein lampje aanlaten, zelfs bij pubers. Onschuldige angsten kun je aanvliegen door samen onder het bed te kijken en te zien dat er geen krokodil zit, of door bijvoorbeeld een dromenvanger op te hangen. Serieuze angsten kunnen behandeld worden.’
En dan zijn er nog de ouders zelf. Want kinderen die slecht slapen kunnen een enorme wissel trekken op het welzijn van ouders. Aan jezelf denken is dan ook een must. Shalini wijst op de gebruikelijke tips, zoals een powernap overdag, het verdelen van de taken ’s nachts, de noodzaak van logeeradresjes en structuur en regelmaat, ook voor ouders zelf. ‘En,’ lacht ze, ‘als je kind de klok nog niet kent, begin dan gewoon eerder met het slaapritueel, zeker als het weer eerder donker wordt. Je kind heeft het niet door, maar jij hebt meer tijd over voor jezelf, of je andere kinderen.’
Slaapcyclus
De slaapcyclus bestaat uit vier fasen:
- Inslaap- of doezelfase (5-10 min): de hersenactiviteit wordt minder, je ogen bewegen minder, je dommelt weg.
- Lichte slaap (45-50 min): je wordt niet meer wakker van elk geluidje, maar je bent nog niet helemaal weg.
- Diepe slaap (15 min): de hartslag daalt, je ademt langzamer en de spieren ontspannen (maar werken nog wel, slaapwandelen vindt plaats in deze fase), het lichaam werkt aan herstel.
- REM-slaap (20 min): de hersenen worden actiever, je ogen bewegen meer (vandaar de afkorting Rapid Eye Movement), je gaat sneller ademen. Nu verwerkt het brein de emoties en wordt er gedroomd. De spieren zijn verlamd, zodat het lichaam niet in actie kan komen tijdens een droom.
Gedurende de nacht doorloop je vaak vier tot vijf slaapcycli van zo’n negentig minuten, kinderen meer. Het eerste deel van de nacht duurt de diepe slaap wat langer, vroeg in de ochtend heeft de REM-slaap de overhand.
Slaaptips van Shalini:
- Een avondritueel is zeer belangrijk, maar houd het kort. Maximaal een kwartiertje is meer dan voldoende. Dat is inclusief tandenpoetsen, pyjama aantrekken, voorlezen, knuffelen en de kamer uitlopen. Doe elke avond precies hetzelfde. Heb tijdens het ritueel voldoende aandacht voor je kind, maar kader het ritueel ook af. Kinderen zijn snel geneigd om er van alles en nog wat bij te halen en het ritueel te verlengen, waardoor het einde zoekraakt.
- Ga met je kind met ADHD na het avondeten een rondje fietsen of rennen, zodat hij of zij energie kwijt kan. Ga niet mee in de onrust van je kind door net voor het slapen gaan nog een potje te gaan stoeien. Creëer rust door tegen elkaar aan te gaan zitten, een boekje te lezen of muziek te luisteren.
- Gebruikt je kind methylfenidaat of iets vergelijkbaars, geef het dan niet te laat. Dit soort medicatie is meestal na drie tot vijf uur uitgewerkt, dus houd daar rekening mee. Kinderen die net voor het slapen gaan nog erg druk en ongeremd zijn, kun je in overleg met de behandelaar, een klein beetje medicatie geven op een later moment. Zo heeft het niet meer de hyperfocus, maar wel voldoende rust om in te kunnen slapen.
- Een verzwaringsdeken kan fijn zijn, maar kijk goed naar je kind of het daar tegen kan. Voor sommige kinderen is de zware druk juist te heftig. Volg dus niet de media die de verzwaringsdeken hypen, maar kijk naar je kind.
- Zorg voor voldoende rustmomenten overdag. Hoe meer ontspanning overdag, hoe groter de kans op een ontspannen nacht. Ontspanning is niet per se ‘niets doen’.
Denk na over het aantal kinderen dat je uitnodigt om te komen spelen. Dat verschilt per kind. Het ene kind functioneert het best als hij met één vriendje speelt, de ander juist met meerdere kinderen om zich heen. - Denk je aan het gebruik van melatonine? Overleg altijd met je arts! De hoeveelheid en het tijdstip van geven luisteren ontzettend nauw. Werkt het niet, blijf dan niet de hoeveelheid ophogen, maar zoek een andere oplossing.
- Kinderen die voor het slapen gaan zichzelf wiegen of met hun hoofd slaande bewegingen maken, komen door het ritme tot rust. Dat kan geen kwaad, maar zorg wel voor bescherming. Als ouder kun je je kind ook wiegen, of een schommelstoeltje neerzetten.
- Wil je kind nog een boterham voor het slapen? Niet doen! Geef iets licht verteerbaars, zoals een cracker, beschuitje of kwark. Suiker, chocolade (vaak aanwezig in desserts) en brood geven juist een oppepper. Fruit gist dus daar kunnen kinderen ook last van krijgen.
- Wees kritisch over televisieprogramma’s en games: te veel opwinding of te veel heftigheid (denk aan het achtuurjournaal) kunnen redenen zijn waarom kinderen niet inslapen. Zet het scherm sowieso een uur voor het naar bed gaan uit.
- Tieners hebben vaker last van een verlate slaapfase. Ze gaan om tien uur naar bed en vallen om één uur ’s nachts in slaap. Als om zeven uur de wekker gaat, willen ze niet naar school of vallen op school in slaap. Met alle gevolgen van dien voor de leerprestaties. Een verlate slaapfase is goed te behandelen, dus trek aan de bel bij de huisarts of behandelaar.
Algemene adviezen rondom slaaphygiëne, per leeftijdscategorie, zijn te vinden op nji.nl en ncj.nl
Bron en meer informatie op: balansdigitaal.nl
Dit bericht is 5791 keer gelezen.