Nieuwe investeringen
Met de extra miljarden wordt onder meer het basispakket voor de zorgverzekering uitgebreid. Jaarlijks is 105 miljoen euro beschikbaar om veelbelovende behandelingen, medische technologie en geneesmiddelen sneller beschikbaar te krijgen voor de patiënt. Met dit geld worden ontwikkelaars van nieuwe zorgideeën geholpen bij het opzetten en uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek.
Ook komt er meer geld beschikbaar voor de ouderenzorg om voldoende tijd, aandacht en goede zorg, thuis of in het verpleeghuis te kunnen bieden. In 2019 gaat het om een bedrag van ruim 1 miljard extra ten opzichte van 2018, waaronder extra investeringen voor het kwaliteitskader verpleeghuiszorg.[1] In totaal loopt de extra investering in de ouderenzorg deze kabinetsperiode op naar jaarlijks ruim 3 miljard euro per jaar vanaf 2021. Verder is er meer aandacht voor preventie zodat iedereen in ons land langer in goede gezondheid kan leven en kan meedoen aan de samenleving. In oktober wordt daarvoor een Nationaal Preventieakkoord gesloten, waarin roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik aangepakt worden.
Zorgakkoorden zorgen voor beheerste groei
Het kabinet investeert dus fors in de zorg. Tegelijkertijd let het kabinet erop dat de kosten niet te hard groeien. Om goede zorg ook in de toekomst betaalbaar te houden zijn dit jaar vier nieuwe zorgakkoorden gesloten over de eerstelijnszorg, medisch-specialistische zorg, de geestelijke gezondheidszorg en wijkverpleging. Deze akkoorden zorgen ervoor dat de zorguitgaven de komende jaren minder stijgen dan eerder geraamd. Hiermee wordt deze kabinetsperiode de stijging van de zorgkosten teruggebracht van 19 miljard naar 17 miljard euro.
Zorgpremie zorgverzekeringswet in 2019
Door de hogere zorgkosten stijgt ook de premie. Jaarlijks raamt het kabinet de hoogte van de zorgpremie voor het komende jaar. De daadwerkelijke premie voor 2019 wordt pas uiterlijk in november 2018 vastgesteld door de zorgverzekeraars. Voor 2019 raamt het kabinet de zorgpremie op 1432 euro per jaar. Dat komt neer op ongeveer 10 euro extra per maand, of 124 euro op jaarbasis. Ruim 50 euro hiervan wordt veroorzaakt door hogere lonen en prijzen. Het leveren van meer zorg en nieuwe behandelingen, medische hulpmiddelen en medicijnen zorgt voor ongeveer 30 euro aan groei.
De stijging van de premie wordt voor een grote groep mensen gecompenseerd door een verhoging van de zorgtoeslag. Voor alleenstaanden gaat het om stijging van 94 euro. De maximale zorgtoeslag stijgt daardoor naar 1233 euro. Voor meerpersoonshuishoudens stijgt de maximale zorgtoeslag met 281 euro naar 2402 euro.
Stapeling van zorgkosten voorkomen
Veel mensen die een eigen bijdrage betalen voor maatschappelijke ondersteuning of langdurige zorg, maken ook het eigen risico geheel of gedeeltelijk op of moeten bijbetalen voor onder andere geneesmiddelen. Het kabinet neemt daarom een reeks van gerichte maatregelen om voor iedereen de zorg en ondersteuning die zij nodig hebben beschikbaar en betaalbaar te houden. Zo is in het regeerakkoord afgesproken dat het eigen risico voor de zorgverzekering ongewijzigd blijft op de huidige 385 euro.
Daarnaast wordt vanaf 2019 een abonnementstarief voor de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) ingevoerd van 19 euro per maand en wordt de vermogensinkomensbijtelling voor de Wet langdurige zorg (Wlz) gehalveerd. Eerder werd al het percentage van het inkomen dat meetelt voor de berekening van de eigen bijdrage in de Wlz verlaagd van 12,5% naar 10%. Daarnaast maximeert het kabinet de maximale eigen bijdrage voor medicijnen op €250 per jaar.
Investeren in arbeidsmarkt
Naast de kwaliteit en de betaalbaarheid van de zorg is het tekort aan medewerkers in de zorg één van de belangrijkste uitdagingen voor de komende jaren. Nu al is er krapte aan personeel, bijvoorbeeld in verpleeghuizen, bij de spoedeisende hulp en in de GGZ. Er is 350 miljoen euro beschikbaar voor het werven van personeel en maatregelen als scholing van (nieuw) personeel, loopbaanbegeleiding en loopbaanoriëntatie. Elke student moet kunnen rekenen op een stageplek en op inspirerend en uitdagend onderwijs dat is toegespitst op de praktijk. Daarnaast is er bijvoorbeeld 10 miljoen euro beschikbaar voor personeel in de ambulancezorg en is het aantal beschikbare opleidingsplekken in de GGZ inmiddels met circa 40 procent verruimd.
[1] In totaal is er voor de ouderenzorg in 2019 € 1,8 miljard extra beschikbaar ten opzichte van 2017. Het betreft € 1,2 miljard voor het kwaliteitskader verpleeghuiszorg. De overige € 0,6 miljard is volumegroei voor de ouderenzorg in de Wlz en de wijkverpleging in de Zvw en overige intensiveringen in de ouderenzorg zoals het programma Langer Thuis.
Bron: rijksoverheid.nl
Dit bericht is 3344 keer gelezen.