9 december 2019 – De hersenen en het hart hebben vaak een andere kijk op het leven. Ze luisteren niet altijd naar elkaar. Toch is het erg belangrijk dat dat wel gebeurt. Uit het promotieonderzoek van Tabitha Iseger blijkt namelijk dat de verbinding tussen hart en brein mogelijk gebruikt kan worden om behandelingen bij depressie te verbeteren en te individualiseren. Dit is nodig omdat zelfs met een breed aanbod van behandelingen 40 tot 50% van de depressieve mensen niet reageert.
Hersenstimulatie is een behandelingsvorm bij depressie. Deze stimulatie is gericht op verschillende hersengebieden die betrokken zijn bij depressie. Studies hebben laten zien dat niet-invasieve stimulatie van deze gebieden de hartslag verlagen. Dit kan gebruikt worden om de exacte locatie van deze hersengebieden te vinden.
Iseger: “Ter verduidelijking: als je verschillende hoofden met elkaar vergelijkt kun je niet direct zien waar een bepaalde hersenstructuur precies zit. Elk hoofd is namelijk anders, maar de huidige methoden om de juiste stimulatielocatie te vinden, zijn tóch gebaseerd op groepsgemiddelden. Daarom wordt steeds vaker gekeken naar de onderliggende functies van hersenstructuren voor lokalisatie.”
De hersengebieden die betrokken zijn bij depressie zijn dus mogelijk te identificeren met behulp van hartslag.
Iseger onderzocht of de connectie naar het hart mogelijk zou kunnen vertellen of er op de juiste plek gestimuleerd wordt. Dit bleek zo te zijn: in drie verschillende onderzoeken is gevonden dat stimulatie op een bij depressie betrokken hersengebied, leidde tot hartslagverlagingen, terwijl stimulatie op andere locaties dit niet of minder lieten zien. “De hersengebieden die betrokken zijn bij depressie zijn dus mogelijk te identificeren met behulp van hartslag, maar er moet nog wel verder onderzocht worden of dit ook leidt tot een hogere behandeleffectiviteit.”
Bron: uu.nl
Dit bericht is 4706 keer gelezen.