25 juli 2019 – Linde van Schuppen onderzoekt de verhalen achter en taal van psychose en vindt het zonde dat we niet meer prijs stellen op de creativiteit en poëzie die eraan verbonden zijn, zo meldt NPO3.
Voor haar proefschrift aan de Radboud universiteit in Nijmegen bezoekt en interviewt Linde van Schuppen mensen die eens of vaker psychoses hebben gehad. Die verhalen schrijft ze uit en analyseert ze. En hoewel Linde zich bewust is dat het een ernstig ziektebeeld kan zijn, ziet zij ook de creativiteit van mensen met wanen, de schoonheid van hun verhalen en het verdrietige feit dat er zoveel schaamte met het ziektebeeld gepaard gaat.
Linde: “Als je een psychose doormaakt, heb je een ervaring die bijna per definitie niet gedeeld is met andere mensen. Je trekt je terug in een eigen wereld. Dat kan erg eenzaam zijn, want hoe praat je over dingen die anderen niet kennen of geloven, maar die voor jou echt zijn? Ervaringen die bovendien niet altijd in de perceptuele hokjes van ‘horen’, ‘ruiken’, ‘voelen’ of ‘zien’ passen. Hoe verwoord je bijvoorbeeld een gevoel van existentiële vervreemding?
Mijn onderzoek gaat deels over de manier waarop je communiceert over dit soort extreem subjectieve ervaringen. Hoe neem je andermans perspectief mee in een verhaal als je refereert aan dingen die voor jou waarheid zijn, maar die de ander niet meemaakt of gelooft? Hoe wordt er dan bijvoorbeeld gebruik gemaakt van referenties?
Dit kan je onderzoeken aan de hand van taal, omdat taal per definitie iets is wat alleen tussen mensen kan bestaan. Als ik met jou spreek, haal ik constant dingen aan waarvan ik weet dat die zich in onze gedeelde betekeniswereld bevinden. Als ik over iets wil vertellen waar jij nog niet zoveel vanaf weet, dan moet ik dat bijvoorbeeld eerst introduceren. Daarna kan ik er aan refereren. Op deze manier neem ik constant jouw kennis, vaardigheden en interesses mee in de manier waarop ik spreek.
In het geval van psychose of schizofrenie ontwikkelen mensen soms een soort privé-taal, met nieuw bedachte woorden of een niet voor anderen te volgen grammatica. Vaak heeft deze taal veel betekenis voor de persoon die het spreekt, maar kunnen de anderen er niet meer bij. Woorden worden samengetrokken en er wordt geassocieerd op klank in plaats van betekenis. Dat interesseert mij enorm omdat het in lijkt te gaan tegen de basale functie van taal als communicatiemiddel. Het lijkt de taal poëtisch te transformeren tot een ‘object’ om naar te kijken: de nadruk ligt in sommige gevallen op de vorm in plaats van de inhoud van de woorden. Ze worden als het ware losgeweekt van de alledaagse praktijk, terwijl dat juist is waar ze normaal hun betekenis uit ontlenen. Het is een creatieve vorm van vervreemding.”
Bron en het uitgebreide artikel : npo3.nl
Dit bericht is 5342 keer gelezen.