19 november 2021 – Hoe lukt het mensen ondanks ziekte, beperkingen, tegenslagen of andere hobbels waarde aan hun leven te geven? En wat drijft en motiveert hen van waarde en betekenis te zijn voor anderen? In deze aflevering vertelt Yuna Timmermans (24) over wat elf jaar jeugdzorg en ggz met haar hebben gedaan. “De woede die zich opbouwde, werd mijn houvast.”
Ex-cliënte Yuna Timmermans is ziek van de zorg. Dit artikel verscheen in de herfsteditie van Zorg & Zeggenschap, het tijdschrift dat LOC ieder kwartaal uitbrengt.
Ze vindt het spannend. Hoe zullen de reacties zijn op het boek dat ze eind augustus onder het pseudoniem Yuna Timmermans uitbracht? Ze stuurde het naar zo’n dertig zorgorganisaties waar ze in behandeling is geweest. En naar Tweede Kamerleden, het ministerie, beleidsmakers, hoogleraren. Zal ze eindelijk erkenning krijgen, serieus worden genomen en vooral gezien? In het boek ‘Van autisme tot borderline, maar nooit écht gezien’ kaart ze het falen van de Nederlandse jeugdzorg en geestelijke gezondheidszorg aan. Elf jaar lang kreeg ze diagnose op diagnose, medicijn op medicijn, therapie op therapie. “Maar gewoon naar me luisteren zonder etiketten te plakken en te kijken wat ik nodig had was er helaas niet bij.” Yuna kwam op haar veertiende in aanraking met jeugdzorg. “Het ging thuis niet, het was er onveilig”, zegt ze met gevoel voor understatement. Eenmaal in de jeugdzorgmolen draaide ze onherroepelijk vast. “Ik zou autisme hebben, aan wanen en psychoses leiden. Ik kreeg allerlei medicatie. Werd ziek van alle bijwerkingen. Terwijl ik behandelaren niet kon overtuigen dat die diagnoses niet klopten. Ik ging gebukt onder die onveilige thuissituatie, waardoor ik me niet kon hechten.”
Boosheid en strijdbaarheid
De eerste twee jaar in de jeugdzorg, ze woonde inmiddels niet meer thuis, was ze nog timide en gehoorzaam, zegt ze. Maar rond haar zestiende ontstond boosheid en strijdbaarheid. “Ik voelde me steeds machtelozer. Ik ging van instelling naar instelling, van therapeut naar therapeut. En iedereen dumpte met net zo hard weer. Omdat ze niets met me konden. Dat heeft mijn hechtingstrauma alleen maar verergerd. En elke keer dat ik diagnoses probeerde te weerleggen, werd dat als symptoom van mijn zogenaamde autisme of borderline beschouwd. En kreeg ik nog meer medicijnen. Als ik kritiek had, was het ‘mijn beleving’. Alles werd tegen me gebruikt. Die woede die zich opbouwde, werd mijn houvast. Zonder dat verzet was ik er niet meer geweest.” De enige plek waar Yuna zich wél veilig voelde was school. “Daar werd ik gesteund en gestimuleerd om mijn vwo af te maken. Daar voelde ik me gezien. Leren en studeren hielpen me met de situatie om te gaan. Ik dacht: ooit komt de dag dat ik in opstand kan komen en het zorgsysteem aan de kaak kan stellen.” Na het vwo volgde een universitaire studie pedagogische wetenschappen, die ze glansrijk afrondde. In september is ze begonnen aan een master orthopedagogiek.
Yuna:“Tijdens mijn studie heb ik veel geleerd over diagnostiek, psychopathologie, hoe therapieën in elkaar zitten. Ik zag dat op de opleiding het hokjes denken en stigmatiserende diagnoses heilig verklaren al begint. Daar gaat het al fout.”
“Ik dacht: ooit komt de dag dat ik het zorgsysteem aan de kaak kan stellen”
Helend schrijven
Inmiddels staat Yuna bij geen enkele zorgorganisatie meer ingeschreven. En dat wil ze zo houden. Ze heeft al haar dossiers opgevraagd en laten vernietigen. “Hoewel ik nog enorm last heb van mijn verleden ben ik nu stabiel, omdat mijn wonden niet telkens worden opengetrokken door de hulpverlening. Het schrijven van dit boek was ook helend. Ik hoop dat het bijdraagt aan veranderingen in de zorg. Dat andere kinderen niet hetzelfde hoeven mee te maken als ik. Ik wilde gewoon een veilige persoon die ik kon vertrouwen, die me zou steunen en waaraan ik me kon hechten. In plaats daarvan kwam ik in de hel terecht. Dat gun ik niemand.” De zorg veranderen, dat is Yuna’s missie. Ze heeft gesprekken gevoerd op het ministerie en met Tweede Kamerleden. Met hoogleraren en psychiaters als Jim van Os, die ook aan het voorwoord bijdroeg. “Ik kan met mijn ervaringen niet anders. Ik kan niet doorleven alsof er niets gebeurd is. Op deze manier kan ik als ervaringsdeskundige mijn ellendige verleden toch inzetten voor iets positiefs.” Aan het jeugdzorg en ggz-systeem van binnenuit veranderen, moet ze niet denken. “Ik wil geen deel uitmaken van dit falende systeem. Ik zal straks als orthopedagoog stage moeten lopen in een zorgorganisatie voor kinderen en jeugdigen; dat moet nu eenmaal voor mijn papiertje. Voor hen zal ik alles doen op basis van gelijkwaardigheid en beschikbaarheid, maar écht werken in dit zorgsysteem kan pas als het verandert. Wie weet kan ik daar meer beleidsmatig aan bijdragen.”
Elk mens is anders
Hoe het anders zou kunnen? Daar heeft Yuna als ervaringsdeskundige wel ideeën over. “Ik kreeg altijd de boodschap tijdens die talloze therapieën dat wat ik nodig had niet bestond. Maar je moet per individu kijken. Elk mens is anders en heeft iets anders nodig. Het huidige muurvaste systeem kan geen maatwerk bieden.” Voor kinderen met hechtingsproblemen die niet op hun ouders kunnen terugvallen, pleit ze onder meer voor individuele mentoren of steunouders. Ouders die zich aan het kind of jongere committeren en steun bieden zo lang dat nodig is. Ook gezinshuizen, waar kinderen en jongeren, die tijdelijk of langdurig niet thuis kunnen wonen, toch een veilige opvoeding, ondersteuning en zorg krijgen, zijn volgens Yuna een mooie voorziening.
Vast in religie
“Het moet mogelijk zijn”, zegt ze, “om de jeugdzorg en de geestelijke gezondheidszorg te veranderen. “Of ben ik nu naïef? Er zijn echt mensen die heel betrokken zijn en het goed bedoelen. Maar die zitten vaak vast in de religie van de diagnoses. En durven zich niet kritisch op te stellen. Ik geloof echt dat ze niet moedwillig levens ruïneren. Maar het is nu hoog tijd dat het anders moet.” Een paar dagen na het versturen van het boek naar verschillende zorgorganisaties met de vraag met hen in gesprek te mogen gaan over het boek en het falen van het zorgsysteem, appt Yuna een e-mail door. Daarin verklaart een zorgorganisatie dat het beleid is niet met haar in gesprek te gaan. En doet het dringende verzoek hen met rust te laten.
Bron: clientenraad.nl
Dit bericht is 10519 keer gelezen.