Niet-aangeboren hersenletsel (NAH) kan psychiatrische stoornis triggeren

Facebooktwitterlinkedinmail

21 december 2023 – Mensen met niet-aangeboren hersenletsel (NAH) en een psychiatrische stoornis kunnen binnen GGZ Rivierduinen terecht bij de afdeling Neuropsychiatrie in Oegstgeest. Ook regionale ketenpartners werken samen met de afdeling, waaronder revalidatiecentrum Basalt Leiden.

Een ongeluk, beroerte of langdurige alcohol- of drugsverslaving kunnen blijvend hersenletsel geven. ‘Iemands leven verandert dan drastisch’, vertelt Mirella Regeer, manager algemene zaken bij de afdeling Neuropsychiatrie van GGZ Rivierduinen. ‘Mensen zijn veel prikkelgevoeliger en kunnen minder aan dan eerst. Soms triggert NAH ook een psychiatrische stoornis, zoals angst, depressie of een persoonlijkheidsstoornis.’

Twee procent loopt vast

Dat laatste ondervinden ze soms ook bij revalidatiekliniek Basalt. ‘We begeleiden jaarlijks zo’n honderdvijftig mensen bij hun fysieke herstel na bijvoorbeeld een beroerte’, vertelt Rik van Hooff, manager neurorevalidatie bij Basalt Leiden. ‘Ongeveer twee procent daarvan loopt vast tijdens het klinisch traject door psychiatrische problemen. Bijvoorbeeld omdat ze last krijgen van heftige angsten of waanbeelden. We hebben ook eigen psychologen en revalidatieartsen in dienst die cliënten begeleiden. Maar bij heftige psychiatrische problematiek zitten ook zij soms met de handen in het haar. In die gevallen kunnen we bij Rivierduinen terecht voor advies over de behandeling of medicatie.’

Focus op stabiliteit

Als er sprake is van een crisis wordt een cliënt van Basalt soms ook tijdelijk overgeplaatst naar de kliniek van Rivierduinen. Mirella: ‘Ons multidisciplinair team probeert iemand hier weer psychiatrisch stabiel te krijgen.’ Rust en voorspelbaarheid zijn daarbij heel belangrijk. ‘De dagen hebben een duidelijk ritme. De eetmomenten staan vast en cliënten moeten veel rusten. De meesten kunnen zich daar in het begin moeilijk aan overgeven, maar achteraf horen we vaak dat ze die verplichte rust juist heel fijn vonden. Ook zijn er groepssessies waar ze ervaringen delen, en creatieve therapie die ze helpt hun frustraties te uiten. Voor sommigen is een paar weken voldoende, anderen blijven langer – tot maximaal een jaar.’ Voor de cliënten die Basalt tot dusver naar Rivierduinen overplaatste was een paar weken genoeg. ‘Daarna kunnen wij weer verder met onze eigen behandeling’, vertelt Rik.

Zo min mogelijk prikkels

Naast de kliniek, waar plek is voor twintig personen, begeleidt de afdeling Neuropsychiatrie cliënten ook op de poli en thuis. Die behandelingen bestaan vooral uit gesprekken tussen cliënten en psychiaters of andere hulpverleners. ‘Eigenlijk zoals in de reguliere ggz, maar dan aangepast’, vertelt Mirella. ‘Zo praten onze behandelaars op een rustigere toon met de cliënt. Ook is de gespreksruimte prikkelarm. En de behandeling heeft een duidelijk doel: cliënten leren wat hun beperking inhoudt en onderzoeken wat binnen die beperking nog wél lukt. Psycho-educatie is daarbij ook erg belangrijk. Wat doet hersenletsel eigenlijk fysiek met je? Hoe voorkom je dat je over je grenzen gaat? Hoe creëer je rust in je leven? Als het nodig is, betrekken we de directe omgeving erbij, zodat ook familieleden of andere behandelaars hun verwachtingen van iemand kunnen bijstellen.’

Laagdrempeliger contact

De samenwerking met Basalt Leiden bestaat al een tijdje, maar werd afgelopen november uitgebreid. ‘Nu komen eens per maand een psychiater en psychiatrisch verpleegkundige van Rivierduinen bij ons voor een multidisciplinair overleg met onze revalidatiearts en gz-psychologen’, zegt Rik. ‘Ze bespreken casussen en er is ruimte voor scholing. Daardoor zijn onze mensen beter toegerust voor de zwaardere psychiatrische problematiek én wordt het contact met Rivierduinen nog een stukje laagdrempeliger. Zo kunnen we nog sneller schakelen als dat nodig is. Andersom krijgt het team van Rivierduinen de mogelijkheid om bij ons stage te lopen, zodat zij meer leren over de fysieke revalidatie.’

Meer kennis delen

Naast Basalt weten ook andere regionale ketenpartners de afdeling al goed te vinden. Denk aan het LUMC en thuiszorgorganisaties. Toch merkt Mirella dat er binnen de reguliere ggz en bij huisartsen nog veel onbekendheid is. ‘Zodra ik uitleg wat we doen, hoor ik: “Oh, had ik dat maar geweten, dan had ik die ene cliënt naar jullie doorgestuurd.” Zo kunnen we ook helpen als er alleen maar een vermoeden bestaat dat iemand NAH heeft. Als een persoon vastloopt in de reguliere ggz-behandeling of in een crisis belandt, kan dit namelijk ook te maken hebben met NAH. Bijvoorbeeld omdat iemand langdurig alcohol of drugs heeft gebruikt of een suïcidepoging heeft gedaan. Om daar meer aandacht voor te vragen, gaan we de komende tijd nog actiever onze kennis delen binnen bijvoorbeeld huisartsenpraktijken.’

Bron: rivierduinen.nl

Dit bericht is 1004 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail