Meerdere therapeuten als alternatief voor één vaste bij behandeling PTSS

Facebooktwitterlinkedinmail
30 juli 2018 – Nieuw onderzoek van Agnes van Minnen van de Radboud Universiteit ondergraaft het belang en het idee over de noodzaak van een vaste therapeut bij de behandeling van een Posttraumatische Stressstoornis PTSS. Een behandeling van wisselende therapeuten wordt net zo positief beoordeeld door patiënt en therapeut. Het onderzoek is op 17 juli gepubliceerd in het European Journal of Psychotraumatology.

In de psychotherapie is het gebruikelijk om met één vaste therapeut te werken. Het idee is dat die ‘therapeutische relatie’ belangrijk is om persoonlijke en emotionele ervaringen zoals trauma’s te bespreken. Klinisch psycholoog Agnes van Minnen vroeg zich af of dit wel echt noodzakelijk is. Vanuit haar dubbelrol als onderzoeker en klinisch psycholoog kwam ze in de gelegenheid om dit uit zoeken.

Therapeutrotatie

Het idee begon praktisch. Van Minnen: ‘We startten met nieuwe intensieve therapieën van een paar dagen. En daarvoor bleek het lastig om met één therapeut te werken, omdat veel therapeuten parttime werken.’

Daarnaast had van Minnen al langer het idee dat therapeuten vaak van het behandelplan afweken en als onderzoeker wilde ze graag weten of met meerdere therapeuten werken kon bijdragen aan een strakker behandelplan van een patiënt.

Voor beide vraagstukken leek deze zogenaamde ‘therapeutrotatie’ dan ook interessant om uit te proberen. Zowel bij Overwaal (onderdeel van Pro Persona) als bij een andere kliniek, PSYTREC, werd een proef gestart waarbij meerdere therapeuten samen een reguliere vorm van traumabehandeling gaven. Therapeuten wisselden elkaar per sessie af.

Van één naar zestien therapeuten

Ernstige PTSS -patiënten (posttraumatische stressstoornis) kregen een kortdurende, intensieve traumabehandeling met meerdere behandelsessies op een dag.  De behandeling bestond uit de behandeling die de standaardrichtlijnen volgen, namelijk exposuretherapie, een vorm van cognitieve gedragstherapie, en/of EMDR-sessies. Die sessies werden nu dus gegeven door verschillende therapeuten in plaats van één. In 16 sessies kregen PTSS -patiënten tussen de 4 tot 16 therapeuten. Sessie 1 werd bijvoorbeeld gegeven door therapeut A, sessie 2 door therapeut C, sessie 3 door therapeut E, en sessie 4 door therapeut A et cetera.

Tevreden patiënten en therapeuten

Zowel therapeuten als patiënten waren opvallend positief. Een overgrote meerderheid van de patiënten vond het werken met roterende therapeuten prettiger dan therapie bij één therapeut. Opvallend genoeg evalueerden ze de therapeutische relatie als goed. Dit gold ook voor patiënten met hechtingsproblemen. Van Minnen: ‘Je zou zelfs kunnen zeggen dat het een verbetering is van de therapeutische relatie, omdat de therapie sneller tot de kern komt, en je als patiënt leert om meerdere mensen te vertrouwen. Patiënten zeggen: “Ik kon zo niet om de hete brij heen blijven draaien, zoals ik bij een eerdere therapeut wel deed”.’

Ook de therapeuten vonden het een prettig werksysteem en rapporteerden  een goede therapeutische relatie met de patiënten. Van Minnen: ‘In eerste instantie hadden de therapeuten er wel moeite mee dat ze niet meer alles weten van een patiënt. Mijn stelling is dat dat ook niet nodig is: je hoeft niet te weten hoeveel kinderen iemand heeft of wat voor hobby’s om goede therapie te kunnen geven.’

De therapeuten gaven aan dat de nieuwe gedeelde verantwoordelijkheid er bovenal voor zorgde dat ze meer durfden ‘door te pakken’ tijdens de traumatherapie, en dat ze zich beter hielden aan het behandelplan.

Volgens Van Minnen laat het onderzoek zien dat therapeutrotatie een goed alternatief kan zijn voor één op één therapie. Het kan bovendien in belangrijke mate bijdragen aan training van therapeuten en implementatie van kennis en richtlijnen voor goede zorg. ‘We gaan hier verder onderzoek naar doen. Belangrijke vragen zijn nog wat het optimale aantal therapeuten is, of richtlijnen voor behandeling daadwerkelijk beter worden toegepast in dit systeem, en of de patiënt op deze manier betere behandelresultaten bereikt. Ook is dit systeem nu vooral toegepast bij intensieve behandelprogramma’s en weten we nog niet of dit ook kan werken bij de gebruikelijke ambulante behandelingen in de GGZ van een of twee sessies per week. Dat gaan we nu testen’.

Publicatie

Agnes Van Minnen, Lotte Hendriks, Rianne De Kleine, Gert-Jan Hendriks, Marije Verhagen & Ad De Jongh (2018) Therapist rotation: a novel approach for implementation of trauma-focused treatment in post-traumatic stress disorder, European Journal of Psychotraumatology, 9:1, DOI: 10.1080/20008198.2018.1492836

Agnes van Minnen is bijzonder hoogleraar Angstregulatie en behandeling van angststoornissen aan de Radboud Universiteit en directeur Behandelprogramma bij het PsychoTrauma Expertise Center PSYTREC.

Dit bericht is 5164 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail