6 oktober 2020 – Van 1 tot en met 8 oktober is het de nationale Week tegen Eenzaamheid. Door het hele land is er extra aandacht voor dit thema. Op de Hanzehogeschool Groningen start vandaag het EAST-project. EAST staat voor EenzaamheidsAanpak Studenten.
Het lectoraat Rehabilitatie van dr. Lies Korevaar gaat de mogelijkheden inventariseren om eenzaamheid onder studenten bespreekbaar te maken en te verminderen. Het project loopt twee jaar en is mede mogelijk gemaakt door het Agis Innovatiefonds. Ik sprak over het onderzoek met Lies Korevaar.
Hoewel eenzaamheid onder ouderen al lang een bekend en erkend maatschappelijk vraagstuk is, denken mensen er niet zo snel aan dat dat bij studenten ook kan spelen.
Wat we merken, is dat het nu -in Coronatijden- nog meer dan anders een punt van aandacht is onder studenten. En vergis je niet, het is ook een taboe: je bent ergens tussen de 19 en 23 jaar, iedereen laat zien dat zij of hij met leuke dingen bezig is op bijvoorbeeld Instagram. Maar jij zit driehoog achter op je kamertje alleen te zijn. Dat is wel heel gênant natuurlijk, daar praat je niet gemakkelijk over. En daarnaast is er ook nog Fear of missing out (FOMO) oftewel angst om buiten de boot te vallen. Als je er niet bij bent, heeft dat écht impact. Een aantal jaren geleden wist je misschien niet eens dat er een bepaald evenement was, maar nu kun je er door die sociale media niet omheen. En het is natuurlijk sowieso lastig voor studenten die bijvoorbeeld uit een dorp komen of uit een groot gezin. Die zitten nu ineens in hun eentje op hun nieuwe studentenkamer. En dat geldt nog meer voor internationale studenten, die zomaar in een heel andere wereld terecht komen.
Ik kan me voorstellen dat dit een enorme impact heeft op het welbevinden van de student.
Studenten die eenzaamheid ervaren lopen een grotere kans op problemen als stemmings- of angststoornissen, maar ook op lichamelijke klachten als hoge bloeddruk en diabetes. En daarnaast is het vaak zo dat ze minder deelnemen aan het onderwijs, met mogelijk vertraging/uitval als gevolg.
Wat gaan jullie precies onderzoeken?
Omdat studenten zich vaak schamen om te vertellen dat ze eenzaam zijn, blijft het probleem regelmatig onzichtbaar. En voor studieloopbaanbegeleiders, studentendecanen en -psychologen is het vaak ook lastig om dit in te schatten. Dus moet er bekeken worden op welke manier de begeleiders dit op een goede en efficiënte manier onderwerp van gesprek kunnen maken.
Dus die groep van begeleiders wordt sowieso nauw betrokken bij jullie onderzoek?
Ja, dat klopt. We gaan in elk geval het onderwerp eenzaamheid meer op de agenda zetten, maar we gaan ook aan ze vragen hoe en wanneer studenten kenbaar maken dat ze eenzaam zijn. Of ze er zelf mee komen en zo niet, wat dan de beste manieren zijn om toch door te vragen als er een vermoeden is. Maar daarnaast gaan we natuurlijk onze studenten zelf vragen hoe ze met dit probleem omgaan. Per slot van rekening hebben zij de ervaringskennis op dit gebied.
Er bestaan trouwens twee soorten eenzaamheid: emotionele en sociale. Bij emotionele eenzaamheid functioneer je misschien prima in een groep (zoals in een studentenhuis) maar mis je die ene hartsvriendin/vriend waarmee je over alles kunt praten. Sociale eenzaamheid heeft meer betrekking op het missen van deelname aan een groep, een netwerk, waarin je kunt meedraaien.
Een student van de Hanzehogeschool, Justus, legt hier uit wat hij onder eenzaamheid verstaat.
Wat wordt de rol van de studenten binnen het onderzoek?
We gaan met het project met studenten binnen de Hanze aan de slag. Van daaruit stellen we focusgroepen samen. We willen heel graag weten waar studenten behoefte aan hebben bij het aanpakken van eenzaamheid. Speelt de SLB’er daar bijvoorbeeld een rol in, medestudenten, het decanaat of de studentenpsycholoog? In plaats van dat vóór de studenten te bedenken willen we dat graag mét de studenten gaan onderzoeken. Een vraag is bijvoorbeeld of er een aparte interventie ontwikkeld moet worden voor specifieke vormen van eenzaamheid. Zou een student bijvoorbeeld meer vrienden willen hebben, of gaat het er om dat de contacten die hij heeft beter worden?
Meer informatie
Wil je meer informatie of ben je geïnteresseerd in deelname, dan kun je contact opnemen met Jisca Kuiper (j.s.kuiper@pl.hanze.nl) of met Willem Vos (w.vos@pl.hanze.nl), docentonderzoekers Lectoraat Rehabilitatie. Of kijk op de website.
Bron: persbericht
Dit bericht is 2626 keer gelezen.