Het UMC Utrecht Hersencentrum doet onderzoek naar de werking van het brein van kinderen, voor een gerichte diagnostiek en behandeling van psychiatrische stoornissen, zoals ADHD en autisme. Vandaag verricht het Neuroimaging lab (NICHE lab) van de zorglijn ontwikkelingsstoornissen van het Hersencentrum de 2000ste hersenscan bij een kind.

Om te ontdekken wat er precies gebeurt in de hersenen, doen onderzoeksleider prof.dr. Sarah Durston en haar team psychologische testen en hersenscans in het NICHE lab. Het onderzoek, dat sinds 1998 loopt, bestaat uit verschillende deelprojecten. Zo zijn er MRI-scans gemaakt van kinderen met ADHD, van kinderen met autisme, van kinderen die het risico lopen op een psychose en van kinderen met een gezonde hersenontwikkeling.

Het onderzoek heeft volgens Sarah Durston verschillende resultaten opgeleverd. “Een ervan is dat we verschillen zien tussen kinderen met ADHD in de effecten op de hersenen. Zo zien we bij een groep kinderen verschillen in hersenvolume . Bij een andere groep lijkt er eerder sprake te zijn van een vertraging van de ontwikkeling. Al deze kinderen hebben de symptomen van ADHD, maar de resultaten wijzen erop dat we misschien wel met twee verschillende aandoeningen te maken te hebben.”

Durston benadrukt dat met een hersenscan niet is vast te stellen of een kind ADHD heeft. “Een diagnose ADHD krijg je op basis van symptomen en in hoeverre die een belemmering opleveren voor het functioneren. Dit onderzoek suggereert dat de onderliggende biologie niet voor iedereen hetzelfde hoeft te zijn. Dat zou in de toekomst mogelijkheden kunnen bieden voor gerichtere diagnostiek. ”

Ook op het gebied van autisme zijn er resultaten geboekt. Er blijkt een samenhang te zijn tussen het volume van diepgelegen kernen in de hersenen en de mate van autistische symptomen. Durston: “Echter, in tegenstelling tot wat wij verwachtten voorspelt de ernst van de symptomen de verandering in het volume van de kern met ontwikkeling . Het lijkt er dus op dat het gedrag de hersenontwikkeling stuurt.”

Voldoende resultaat dus om dit onderzoek voort te zetten. “We proberen dit onderzoek in de toekomst te vertalen naar een individuele diagnostiek voor kinderen met een psychiatrische stoornis. Het zou mooi zijn als we op basis van dit soort bevindingen kunnen voorspellen welke behandeling het best werkt voor welk kind.”

Lees hier het artikel in de Gelderlander: ADHD zit in de hersenen maar waar?
In dit filmpje vertellen Bo en zijn vader waarom zij meedoen aan het onderzoek.

Bron: umcutrecht.nl