Prestatiebekostiging GGz vooralsnog niet op orde – zorgen om zorggeld

Facebooktwitterlinkedinmail

30 januari 2017 – Geld en zorg, zorgen om geld. De prestatiebekostiging die in 2013 is ingevoerd in de curatieve GGz heeft niet alle verwachtingen waargemaakt. Dat blijkt uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer. De nieuwe bekostiging bracht weliswaar het gesprek op gang tussen zorgverzekeraars, psychologen en psychiaters over de kwaliteit van behandelingen, maar informatie over die kwaliteit blijkt nog nauwelijks een rol te spelen bij de inkoop van zorg door de verzekeraars. Het overgrote deel van de afspraken tussen de betrokken partijen gaat namelijk over het maximaal te besteden budget, zo meldt Medischcontact.

Meetsysteem

De belangrijkste belemmerende factor is dat de kwaliteit van instellingen en behandelaars nu niet te vergelijken is. Het meetsysteem dat gegevens daarover moet genereren, ‘routine outcome monitoring’ (ROM), is  niet betrouwbaar en volledig  genoeg om vergelijkingen mogelijk te maken. Dit ‘monitoren’ of  ‘Rommen’  gebeurt door patiënten voor en na een behandeling een vragenlijst te laten invullen over hun klachten.  Het meetsysteem heeft vanaf de invoering ook  weinig draagvlak gevonden onder behandelaars , die het idee hadden  dat ze moesten ‘Rom-men’ van de zorgverzekeraars.

Complexe problematiek niet goed meetbaar

Er zijn bovendien grenzen aan de mogelijkheden om de zorg in de GGz inzichtelijk te maken via objectief meetbare indicatoren. Vooral de meetbaarheid van de geleverde kwaliteit  bij patiënten met een ernstige psychiatrische aandoening is problematisch, aldus de Rekenkamer. Want het is bij deze groep moeilijk te voorspellen hoe de ziekte verloopt, hoe lang de behandeling duurt en wat de uitkomst zal zijn. Ook hebben deze patiënten vaak meer dan alleen psychiatrische zorg nodig. Denk aan bijvoorbeeld huisvesting en begeleiding rondom werk. Als de situatie van de patiënt dan verbetert, kan dit vervolgens niet rechtstreeks worden toegeschreven aan de geleverde zorg. Het is daarom zeer de vraag of het überhaupt mogelijk zal zijn voor alle aandoeningen een koppeling te maken tussen de zorgvraag van de patiënt, de behandeling van de zorgstandaard, normen voor de uitkomst van zorg én de bekostiging.

Tijd nemen

Mede daarom adviseert de Algemene Rekenkamer  de minister van VWS de tijd te nemen voor de invoering van een nieuw bekostigingssysteem, dat voor 2019 op de rol staat. De Rekenkamer adviseert ook om het Zorginstituut een oordeel over vragen over de bruikbaarheid van ROM-data.

Op hoofdlijnen onderschrijft minister Schippers (VWS) de conclusies, zo laat ze weten in een brief aan de Tweede Kamer. Ze is het echter niet eens met de waarschuwing dat ROM-gegevens voor een belangrijk deel niet aansluiten op de behandelpraktijk. Verder herinnert ze eraan dat  de NZa – ‘in verband met de vereiste zorgvuldigheid’-  invoering van de nieuwe bekostiging per 2019 niet realistisch acht en dat het een jaar later wordt.

Bron: Medischcontact

Dit bericht is 4191 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail