Seksuele gezondheid bespreekbaar maken in de zorg

Facebooktwitterlinkedinmail

12 maart 2022 – Een ziekte, lichamelijke beperking of het ouder worden van het lichaam heeft invloed op veel vlakken. Zo heeft het ook effect op seksualiteit en seksuele gezondheid. Maar dit is vaak taboe en geen structureel gespreksonderwerp in de zorg. Om zorgprofessionals handvatten te bieden hebben Rutgers en Trimbos-instituut de richtlijn ‘Veranderende seksuele gezondheid’ ontwikkeld.

De nieuwe richtlijn ‘Veranderende seksuele gezondheid’ gaat over veranderende seksuele gezondheid bij ouderen en mensen met kanker, een chronische ziekte of lichamelijke beperking. Want ook als je een ziekte hebt of op leeftijd bent, speelt seksualiteit nog steeds een rol in je leven.

“Seksualiteit is van alle leeftijden. Ook als iemand een (chronische) ziekte heeft speelt het een rol in zijn of haar leven. Dit maakt dat seksualiteit een belangrijk een onderdeel is van zorg. Er rust echter een taboe op seksualiteit in de zorg. Hierdoor weten zorgprofessionals vaak niet hoe ze met dit onderwerp om moeten gaan. Dit zorgt ervoor dat aandacht voor seksualiteit vaak niet structureel onderdeel is van de zorg.” – Nicole van Erp, senior wetenschappelijk medewerker Zorg & Participatie bij het Trimbos-instituut

De nieuwe richtlijn is ontwikkeld door het Trimbos-instituut en Rutgers in opdracht van de Beroepsvereniging Verzorgenden Verpleegkundigen (V&VN) met financiering van ZonMw. De richtlijn is speciaal gemaakt voor verzorgenden, verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten, praktijkondersteuners en praktijkverpleegkundigen in de eerste- en tweedelijnszorg. Dit zijn zorgprofessionals die bijvoorbeeld werkzaam zijn in een huisartsenpraktijk, ziekenhuis, thuiszorg, verpleeghuis of andere woonzorginstellingen. Daarnaast zijn zij bijna altijd werkzaam in multidisciplinaire teams. Zorgprofessionals met andere functies (denk aan maatschappelijk werk, artsen, sociaal werkers etc.) kunnen ook baat hebben bij deze richtlijn.

“Zorgprofessionals hebben een signalerende functie als het gaat om problemen en/of vragen rondom seksuele gezondheid. Daarnaast is het belangrijk dat zij dit onderwerp bespreken met patiënten. Hiervoor zijn kennis en vaardigheden nodig. In die behoefte voorziet deze richtlijn.” – Ymke Kelders, programmamedewerker Zorg & Informatie bij Rutgers

Richtlijn maakt seksualiteit bespreekbaar
De richtlijn biedt ondersteuning aan zorgprofessionals rondom signaleren en bespreken van veranderende seksuele gezondheid. Seksuele gezondheid is een met seksualiteit verbonden toestand van fysiek, emotioneel, geestelijk en sociaal welzijn, en is dus meer dan de afwezigheid van ziekte, disfunctie of zwakte. Door middel van diagnostische instrumenten en verpleegkundige interventies kan de seksualiteit van patiënten beter besproken worden in de zorg. Daarnaast is er een informatiekaart voor patiënten zelf. Deze licht toe waarom het belangrijk is om te spreken over seksuele gezondheid met de zorgprofessionals en wat de patiënt van hen kan verwachten.

“De richtlijn is samengevat in een handzame gesprekskaart die de zorgprofessional kan gebruiken in de spreekkamer. Daarnaast kan het een handvat zijn om het gesprek te starten met de patiënt.” – Nicole van Erp, senior wetenschappelijk medewerker Zorg & Participatie bij het Trimbos-instituut
Aandacht voor ongewenst gedrag

In de richtlijn is ook specifieke aandacht besteed aan seksueel grensoverschrijdend gedrag. Uit onderzoek in het magazine van V&VN blijkt dat 71% van de vrouwen en 41% van de mannen die in de zorg werkzaam zijn te maken krijgen met ongewenste seksuele aandacht. Maar ook patiënten zelf krijgen hier mee te maken of hebben hier mee te maken gehad. Daarom is aandacht voor eventuele traumatische ervaringen van patiënten die van invloed kunnen zijn op de zorg ook meegenomen in de richtlijn.

“We denken dat de richtlijn een goeie eerst stap is in het doorbreken van de taboe rondom seksualiteit in de zorg, maar er moet zeker nog meer gebeuren. Allereerst pleiten we voor meer onderzoek naar het bespreken van seksualiteit in de zorg. Eigenlijk is alleen in detail onderzocht wat op welk moment werkt bij de diagnose en behandeling van kanker. Dit onderzoek, dat aantoont hoe mensen het beste informatie aan patiënten kunnen geven, zou ook gedaan moeten worden bij andere ziektebeelden. Met dit soort informatie kan in de zorg op persoonsgerichte manier zorg verleend worden rondom veranderende seksuele gezondheid.”  – Ymke Kelders, programmamedewerker Zorg & Informatie bij Rutgers

Meer informatie

Bron: trimbos.nl

Dit bericht is 2326 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail