14 augustus 2020 – Nieuw elan en een effectieve aanpak, dat is wat de partners in regionale Taskforce Amsterdam willen bij de aanpak van de wachttijden in de GGZ. Een vernieuwd plan van aanpak markeert de nieuwe start waarin de herstelgeoriënteerde aanpak en de wens van de cliënt leidend zijn. ‘Door de ondersteuning van mensen met GGZ-klachten te verbreden kun je veel sneller mensen helpen’, stelt Deborah Lauria, directeur van Cliëntenbelangen Amsterdam.
Met een gemiddelde wachttijd die tussen de 14 en 16 weken ligt is Amsterdam een van de regio’s waar de wachttijden voor een GGZ-behandeling het hoogst oplopen. ‘Dat moet echt anders, en zo snel mogelijk’, stelt Deborah Lauria. ‘Iedere week dat iemand te lang moet wachten is er een te veel. De wachttijden moeten terug worden gebracht binnen de Treeknormen (door het veld vastgestelde maximaal aanvaardbare wachttijden); niet alleen nu, maar structureel. En dat lukt alleen als we er met z’n allen de schouders onder zetten en de ondersteuning en zorg voor mensen met een GGZ-vraag anders organiseren.’
Dat de druk vanuit de maatschappij en politiek om met oplossingen te komen steeds groter wordt, heeft natuurlijk geholpen om tot nieuwe, concrete plannen te komen. ‘Maar de motivatie van betrokken partijen is er ook intrinsiek’, benadrukt Lauria. ‘We willen allemaal hetzelfde: kwetsbare mensen zo snel en goed mogelijk helpen.’
Cliëntwens centraal
Een van de uitgangspunten in het nieuwe plan van aanpak is dat het cliëntperspectief centraal staat. ‘Stel de mensen centraal, in plaats van de aandoening’, onderstreept Deborah Lauria. ‘In onze gemedicaliseerde samenleving zijn we toch snel geneigd om te focussen op ziektebeelden en de behandeling daarvan. Dat gebeurt bij jonge kinderen, maar ook bij mensen die in de knel komen. Iemand meldt zich met onrust- of angstklachten bij de huisarts en die verwijst door naar de GGZ. Of een wijkteam ziet iemand die eenzaam en depressief is en stuurt zo iemand voor hulp naar de GGZ. Niet uit gemakzucht, maar omdat we jarenlang gewend zijn dat te doen.
In ons plan van aanpak willen we terug naar de hulpvraag van de burger. Waar heeft u last van, welke hulp heeft u daarvoor nodig? Een GGZ-behandeling kan daar een onderdeel van zijn, maar niet als enige en ook niet per se direct aan het begin van een hersteltraject. Knelpunten liggen vaak op het terrein van armoede en schulden, verslaving, eenzaamheid, huisvesting, slechte gezondheid etc. Door op die terreinen met mensen aan de slag te gaan, zullen psychische klachten verminderen. Ik beweer niet dat je daarmee alles op kunt lossen, maar wel dat je mensen eerst van een wat stevigere basis kunt voorzien. Onderzoek leert dat voor een aanzienlijk deel van de mensen geldt dat ze een behandeling in de GGZ dan niet altijd nodig hebben of voor henzelf wenselijk is. Zij leren leven met hun kwetsbaarheid en hebben idealiter een steunnetwerk waarop ze kunnen terugvallen als dat nodig is.’
Te veel op bordje S-GGZ
De plannen en ambities zijn goed en mooi verwoord, maar wat maakt dat het nu wel gaat lukken om de wachttijden terug te dringen? Deborah Lauria: ‘Enerzijds het besef dat het anders moet; te veel mensen krijgen niet tijdig de hulp die ze nodig hebben. Er ligt simpelweg te veel op het bordje van de specialistische GGZ. Mensen komen te snel onnodig bij de GGZ op de wachtlijst, terwijl ze elders ook geholpen kunnen worden. Er ligt een veelvoud aan oorzaken aan ten grondslag. Gewoonte: zo hebben we het altijd gedaan; Meer openheid over klachten: het is niet meer taboe om hulp te zoeken; Geloof in het maakbare leven: we accepteren steeds minder makkelijk dat het leven niet leuk of soms ronduit moeilijk kan zijn, onze problemen moeten onmiddellijk aangepakt worden. Dat vertaalt zich in een grote toestroom en een manier van werken die onvoldoende mee veranderd is. Ik pleit er niet voor om minder te doen, maar wel om het aanbod anders te organiseren: meer vormen van hulp en ondersteuning ook vanuit andere domeinen, meer betrokkenheid van het eigen netwerk van de cliënten, verbinding tussen formele en informele zorg, en daar waar het effectief kan zijn groepsgerichte hulp en/of online ondersteuning.’
Herstelgerichte intake
Het is wel een cultuurverandering waar we het over hebben’, benadrukt Lauria. ‘De wereld verandert niet van vandaag op morgen. De wachttijden moeten zo snel mogelijk teruggedrongen worden, dat is prioriteit nummer een. Maar ook het vernieuwen en verbreden van de ondersteuning van burgers op uiteenlopende levensterreinen is van groot belang. Iedereen moet uit zijn eigen koker komen en kijken waar je elkaars kennis en kunde voor kunt inzetten. De herstelgerichte aanpak is daar een mooi vertrekpunt voor: wat heeft iemand nodig? En wie kan dat bieden?’
De gemeente Amsterdam is nu druk bezig om de wijkteams om te vormen naar buurtteams die nog dichter bij de burger hun werk doen. Waar nodig kunnen zij expertise inzetten, variërend van welzijnsactiviteiten tot verslavingszorg, van vriendendiensten tot GGZ-zorg, van schuldhulpverlening tot sociaal raadsliedenwerk. Met herstel en steun als eerste focus vormen zij zo een eerste contact voor de burger. Maar krijgt de burger die via de reguliere weg hulp zoekt ook bij de huisarts of ggz-aanbieder inde regio zo’n herstelgerichte intake? ‘We zijn daarover wel in gesprek. In ieder geval willen de zorgaanbieders meer gaan werken met ervaringsdeskundigen bij de intake. Die weten als geen ander wat voor hen behulpzaam is geweest bij herstel. We kijken bijvoorbeeld ook naar hoe de intake in Noord-Holland Noord is georganiseerd, waar iedereen een herstelgerichte intake krijgt. We willen leren van anderen en maken graag gebruik van andere initiatieven. Blijven leren, ontwikkelen en vernieuwen, dat is ook een van de uitgangspunten. ‘
Eerste effecten
Een van de andere ideeën die de taskforce in Amsterdam wil overnemen, is de overlegtafel waaraan zorgaanbieders en -verzekeraars de wachtlijsten doornemen en opschonen, zoals onlangs in Rotterdam is gebeurd. ‘Daaruit bleek dat de wachtlijsten flink “vervuild” waren geraakt, aldus Deborah Lauria. ‘Bijvoorbeeld doordat mensen al elders hulp hadden gevonden, of omdat hun klachten waren verminderd en ze geen behandeling meer wilden. Sommige cliënten staan ingeschreven bij meerdere organisaties. We moeten veel beter centraal in beeld hebben om wie het gaat en om hoeveel mensen, zodat je gerichte acties kunt inzetten. Dat zijn snelle resultaten, maar het gaat er natuurlijk om dat we duurzame oplossingen vinden. Het delen van gegevens – binnen de privacywetgeving – het inzetten van elkaars kennis en kunde en een brede, herstelgerichte intake zijn zaken die daarbij gaan helpen. Dat kost tijd, moeite en inzet; maar we gaan er met elkaar voor. Ik hoop en verwacht dat nog dit jaar de eerste effecten op de wachttijden zichtbaar worden.’
Bron: wegvandewachtlijst.nl
Dit bericht is 2080 keer gelezen.