Peter Dijkshoorn: Uithuisplaatsing van een kind is een catastrofe

Facebooktwitterlinkedinmail

16 mei 2019 – Peter Dijkshoorn, bestuurder GGZ Nederland en kinder- en jeugdpsychiater en bestuurder bij Accare roept op om meer onderzoek te doen naar de wijze waarop het stijgend aantal uithuisplaatsingen van kinderen kan worden verminderd.

Dijkshoorn: ‘Na recente dodelijke ongevallen op snelwegen las ik dat Rijkswaterstaat na zo’n catastrofe elke keer onderzoekt of situaties nog weer verbeterd kunnen worden. Dus, er is een slachtoffer, dan wordt onderzoek gedaan en er wordt verbetering aangebracht: vangrails, bochten, gescheiden rijrichtingen, verlichting, helmplicht, minder kruispunten, veiliger opritten, drankgebruik etc. En dat steeds weer. Gevolg? Met veel meer inwoners en veel meer verkeer is het aantal verkeersdoden spectaculair afgenomen van 2546 in 1974 naar 687 in 2018. De overheid streeft naar 0 dodelijke ongevallen.’

Met uithuisplaatsingen van kinderen gaat dat heel anders. Uithuisplaatsing wordt dan ook meer als oplossing gezien dan als catastrofe. Dat is een vergissing. Een uithuisplaatsing is soms misschien nodig, maar bovenal toch echt catastrofe voor het kind, zijn ouders en broertjes en zusjes. En hoeveel onderzoek doen we na de catastrofe van die uithuisplaatsing om dat in de toekomst steeds vaker te kunnen voorkomen? Nul, 0.

Bij verkeersongelukken wordt dus onderzoek gedaan naar alle denkbare factoren die een rol kunnen spelen bij verminderen van het aantal ongelukken. En dat leidt tot verbeteringen. Logisch. Kan dat dan niet bij uithuisplaatsingen? Natuurlijk wel. Maar we doen het niet. Gevolg voor het aantal uithuisplaatsingen? In 1997 waren er in Nederland 26.000 uit huis geplaatste kinderen. In 2018 46.000 (NJI). Op weg naar 2x zoveel.

Welke factoren hebben we zoal die een rol kunnen spelen bij uiteindelijk uit huis plaatsen, die we zouden kunnen onderzoeken en waar we dus in kunnen verbeteren? De weg naar uithuisplaatsing begint altijd jaren voordat het zo ver is. Er zijn dus al die jaren al factoren die mogelijk te beïnvloeden zijn, zoals

  • Hebben we deskundige aandacht voor de aanstaande ouder die als kind getraumatiseerd is geraakt, of die geen opvoedvaardigheden heeft meegekregen?
  • Hebben we een cultuur waarin ouders zonder schaamte of angst durven zeggen dat ze opvoeden moeilijk vinden?
  • Hebben we overal wijkteams die erom bekend staan dat het fijn is om daar naar toe te gaan, omdat je zonder gevoel van veroordeling welkom wordt geheten en hulp aangeboden krijgt als je zegt dat je de laatste tijd je kind een paar keer geslagen hebt en dat jullie altijd ruzie hebben?
  • Hebben we voor kwetsbare ouders en kinderen, waarvan we weten dat die ondanks hun liefde en hun goede wil moeilijk te ondersteunen zijn in de opvoeding de best toegeruste hulpverleners ingezet?
  • Zijn we overal in staat goed af te wegen wat een beter resultaat oplevert bij een “risicogezin”: snel ingrijpen en het kind weghalen uit de dreiging, of situatie nog even laten bestaan en er de best bekend werkzame ambulante zorg op te zetten?
  • Hebben we van elke gezinssituatie waar risico’s lijken te zijn vanaf moment 1 gewerkt met een hoogwaardige probleemanalyse?
  • En hebben we elk risicogezin best werkzame zorg aangeboden en hebben we dat gedaan op basis van zo’n probleemanalyse?
  • Is armoede als oorzakelijke en onderhoudende factor in kaart gebracht en aangepakt?
  • We weten van ouders in complexe opvoedsituaties dat zij vaak getraumatiseerd zijn en dat trauma tegenwoordig relatief gemakkelijk door hoogwaardig geschoolde mensen te behandelen is. Zijn alle ouders bij signalering van onveiligheid deskundig gescreend op trauma? En zijn ze behandeld?
  • Hebben we een cultuur waarin we met kinderen en jongeren die mishandeld zijn in goed vertrouwen het gesprek dat zij een wat groter risico hebben later zelf ook een niet zo handige ouder te zijn? En bespreken we met hun dat het prachtig is dat ze dan hulp vragen, dat dat enorm gewaardeerd wordt en dat ze dan goede en goed werkzame hulp krijgen?

We leren aantoonbaar heel veel van de intens verdrietige situaties van dodelijke verkeersongelukken. Zullen we nu ook overal systematisch gaan leren van de intens verdrietige situaties waarin gezinnen leven op weg naar en vervolgens na uithuisplaatsing? En dan gaan voor een groot doel, streven naar 0 uithuisplaatsingen?

Peter Dijkshoorn
Bestuurder GGZ Nederland,
Kinder- en jeugdpsychiater en bestuurder Accare,
Adviseur effectieve jeugdhulp Ondersteuningsteam Zorg voor Jeugd.

Dit bericht is 15693 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail