



29 januari 2025 – ADHD (Attention Deficit Hyperactivity Disorder) bij volwassenen wordt gekenmerkt door symptomen zoals concentratieproblemen, hyperactiviteit en impulsiviteit. De afgelopen jaren is het gebruik van ADHD-medicatie onder volwassenen sterk toegenomen. Desondanks blijft de definitieve plaats van medicatie in de behandeling onduidelijk, mede door beperkingen in de kwaliteit en omvang van beschikbaar onderzoek.
Geregistreerde geneesmiddelen en hun effectiviteit
De volgende middelen zijn geregistreerd voor de behandeling van ADHD bij volwassenen:
Methylfenidaat: Een psychostimulans dat de heropname van noradrenaline en dopamine remt. Uit een Cochrane-review (2022) blijkt een kleine verbetering van ADHD-symptomen, maar het bewijs is van lage kwaliteit door risico op bias en korte studieduur (mediaan 8 weken).
Lisdexamfetamine: Een prodrug van dexamfetamine met een langere werkingsduur. Een meta-analyse (2018) toonde een grote verbetering van symptomen, maar ook hier was het bewijs van lage kwaliteit.
Atomoxetine: Een non-stimulans die de heropname van noradrenaline remt. Het effect is klein tot middelmatig, maar het middel wordt minder goed verdragen dan placebo.
Off-label worden ook middelen zoals dexamfetamine en bupropion voorgeschreven, hoewel deze niet specifiek voor ADHD bij volwassenen zijn geregistreerd.
Langetermijnrisico’s en bijwerkingen
Recente studies wijzen op mogelijke langetermijnrisico’s van ADHD-medicatie:
- Een observationeel onderzoek uit 2024 toonde een verhoogd risico op cardiovasculaire aandoeningen bij langdurig gebruik van methylfenidaat en lisdexamfetamine, vooral na 3 jaar behandeling.
- Atomoxetine lijkt een lager cardiovasculair risico te hebben, maar het gebruik ervan wordt beperkt door bijwerkingen zoals slaperigheid en maag-darmklachten.
Richtlijnen en behandelstrategieën
Volgens de richtlijn van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) zijn methylfenidaat en amfetaminen (zoals lisdexamfetamine) de eerste keus voor behandeling. Langwerkende preparaten hebben de voorkeur vanwege betere therapietrouw en een lager risico op misbruik. Atomoxetine en bupropion worden als tweede en derde keus beschouwd.
Niet-medicamenteuze behandelingen, zoals psycho-educatie en cognitieve gedragstherapie, spelen een belangrijke rol in de behandeling van ADHD bij volwassenen. Deze interventies kunnen worden gecombineerd met medicatie voor een optimaal resultaat.
Oneigenlijk gebruik en maatschappelijke trends
Het oneigenlijk gebruik van ADHD-medicatie, vooral onder studenten, neemt toe. Redenen hiervoor zijn onder andere het verbeteren van focus en concentratie tijdens studie of werk. Dit gebruik gaat echter gepaard met risico’s zoals hartkloppingen, slaapproblemen en verslaving.
Conclusie
Hoewel ADHD-medicatie effectief kan zijn bij het verminderen van symptomen, is er behoefte aan meer hoogwaardig onderzoek naar de langetermijneffecten en bijwerkingen. Behandeling moet altijd worden afgestemd op de individuele patiënt, waarbij niet-medicamenteuze therapie een belangrijke rol speelt. Vooral bij langdurig gebruik van stimulantia zoals methylfenidaat en lisdexamfetamine is regelmatige monitoring van cardiovasculaire risico’s essentieel.
Bron en uitgebreid artikel : ge-bu.nl
Dit bericht is 1323 keer gelezen.



