Vijf vragen over behandelvorm running therapie

Facebooktwitterlinkedinmail

hardlopen, runningtherapie

9 november 2016 – Hardlopen is goed voor je lichaam en voor je geest. Running therapie wordt daarom steeds vaker ingezet om niet alleen de lichamelijke conditie, maar ook de psychische conditie te verbeteren. Deze behandelvorm zou het gebruik van medicatie, bij bijvoorbeeld depressie, kunnen verminderen. Fysio- en runningtherapeut Nils Jansen vertelt hoe zo’n renprogramma in elkaar steekt, zo meldt gezondheidsnet.nl

Running therapie is een behandelwijze waarbij we de patiënt activeren om hard te lopen. Het gaat hierbij niet om de snelheid, het is een duurloop. Tijdens het hardlopen besteed je aandacht aan je gevoel en de omgeving. Hardlopen vermindert depressieve klachten en verlicht de spanning. Running therapie gaat om het doen en is niet prestatiegericht. Of nou ja: het is een prestatie als je het doet.”

2. Wie heeft er baat bij running therapie?

“Mensen met psychische klachten zoals somberheid, een (beginnende) depressie of een burn-out kunnen gebruik maken van deze aanvullende behandelvorm. De therapie wordt soms ook ingezet als exposurebehandeling. Iemand met een sociale angststoornis overwint dan zijn angst door mee te doen met de hardloopgroep.

Depressieve mensen die onder behandeling staan bij een running therapeut gaan beter vooruit dan mensen die niet rennen. Dat zien we in de praktijk, maar het is lastig om echt aan te tonen. Running therapie is namelijk niet de enige manier waarmee de depressie wordt behandeld. Het is een stukje van de puzzel. Ontspanning en mindfulness zijn – naast reguliere behandelwijzen zoals medicatie en gesprekspsychotherapie – onderdeel van de behandeling. Deze onderdelen vormen met elkaar een geheel: running therapie is dus geen alternatief maar een goede aanvulling.

Deelnemers met een burn-out waren gewend om alles in de hoogste versnelling te doen. Ze hadden en hebben het altijd druk. Bij running therapie richt je je juist op ontspannen lopen en rustig aan doen. Hierdoor ben je verplicht om in een lage versnelling te lopen. Als je dat onder de knie hebt, pas je dat automatisch toe in andere situaties in je leven.

Je haalt het meeste uit running therapie als je na de laatste groepstraining zelf doorgaat met hardlopen. De therapie is dan eigenlijk afgesloten, maar door zelf te blijven rennen behoud je resultaat.”

3. Hoe ziet het trainingsschema eruit?

“De rentherapie bij Vitaalpunt duurt 9 weken. Er is iedere week een groepstraining. De grootte van de hardloopgroep verschilt van 4 tot 8 personen en de training duurt een uur. Per week behandelen we een thema. Dit maakt het lopen interessant: je bent iedere week op een andere manier bezig. We rennen een keer met behulp van een hardloopschema, gebruiken een hartslagmeter of letten aandachtig op onze ademhaling. Ook leg ik een keer uit hoe je mindful kunt lopen. Aan het einde van iedere training volgt een kleine groepsbespreking die gericht is op het thema van die week.

Of het nu regent of niet, we rennen altijd buiten. We verwachten dat je minimaal een keer per week zonder groep loopt. De patiënt geeft zelf aan hoe vaak hij gaat hardlopen. Dat plan moet wel reëel en goed uit te voeren zijn. Depressieve mensen hebben de neiging om taken te makkelijk in te schatten en voelen zich achteraf schuldig omdat ze deze taken niet hebben volbracht. Daar worden ze dan weer ongelukkiger van. Zo beland je in een negatieve spiraal. Op zo’n manier heeft het helemaal geen zin om hoge doelen te stellen. Ik heb liever dat je eens per week zelf hardlopen als doel stelt en dit doel haalt.”

4. Hoe kun je zin maken om te gaan rennen?

“Na een training voelt iedereen zich beter. Dat positieve effect is helaas niet stimulerend genoeg om een patiënt blijvend aan de slag te krijgen. Als iemand twee dagen later weer moet lopen, is de somberheid terug. Het is dan heel lastig om je zinnen te verzetten en lekker te gaan rennen, ook al heb je de vorige ronde als heel positief ervaren.

Ik moet de groep dus activeren. Dat doe ik door tips te geven en vragen te stellen. Vraag jezelf eens af: hoe kan ik mezelf ertoe aanzetten om wekelijks te gaan lopen? Wat is een goede stimulans? Helpt het als ik mijn spullen alvast klaar leg? Helpt het als iemand mij aanmoedigt? Met deze kleine trucs maak je de drempel om te gaan lopen lager.”

5. Moet je sportief zijn om aan running therapie te doen?

“Bij hardlopen betekent maximaal presteren dat je steeds sneller loopt, steeds langere afstanden maakt en alles eruit haalt om jezelf constant te verbeteren. Running therapie is anders. Hierbij gaat het om het proces: rustig, gemakkelijk en met aandacht lopen. Genieten van de omgeving. Je loopt ontspannen en je hoeft er niet hard voor te werken. Zo zorg je ervoor dat het hardlopen energie oplevert in plaats van energie kost.

Als fysiotherapeut ben ik niet veel bezig met de techniek van de lopers. Dat je gaat lopen en dat je rustig loopt is bij running therapie veel belangrijker. Patiënten vinden het al lastig genoeg om te beginnen. In zo’n situatie moet je de looptechniek niet veranderen. Anders gebeurt dat te abrupt en krijg je juist sneller last van blessures. Je lichaam heeft voldoende tijd om zich aan te passen als je de trainingen vanuit rust en ontspanning opbouwt.

Je hoeft dus niet sportief te zijn om aan running therapie te doen. Liever niet zelfs, want het is moeilijker als je sportief bent. Sporters willen graag hoger, sneller, harder, beter. Running therapie is dat allemaal niet. De fanatieke sportievelingen hebben het zwaarder omdat ze opeens rustig aan moeten doen. Dat zijn ze niet gewend.”

Nils Jansen werkt als fysiotherapeut bij Vitaalpunt, een team van fysiotherapeuten, artsen, psychologen en psychiaters. Je kunt bij hem terecht voor running therapie, een aanvullende behandelvorm waarbij hardlopen centraal staat.

Bron: gezondheidsnet.nl

Dit bericht is 19317 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail