Slaapdeprivatie voor snel antidepressief effect: een meta-analyse

Facebooktwitterlinkedinmail

24 november 2017 – Het is al lang bekend dat slaapdeprivatie, het actief overslaan van –meestal een nacht– slaap, een antidepressief effect heeft. De Duitse psychiater Heinroth schreef er al over in 1818. Sinds 1990 zijn meer dan 75 studies verschenen over dit onderwerp. Toch is in deze periode geen enkele systematische meta-analyse verricht om na te gaan hoe groot het antidepressieve effect van slaapdeprivatie nu eigenlijk is. Daar is nu verandering in gekomen met dit artikel, deze week gepubliceerd in het Journal of Clinical Psychiatry, zo meldt dejongepsychiater.nl

Meta-analyse
In deze systematische meta-analyse analyseren de auteurs 66 studies gepubliceerd tussen 1976 en 2012, met in totaal 1734 patiënten. Het betreft clinical trials naar het antidepressieve effect van slaapdeprivatie bij patiënten met een uni- of bipolaire depressie. Na screening van 2172 abstracts hielden de auteurs 200 artikelen over. Van deze 200 artikelen moesten 134 artikelen worden geëxcludeerd vanwege onder andere het ontbreken van responscriteria of omdat een combinatie met lichttherapie was onderzocht.

Heterogene studies
De 66 studies die wel zijn opgenomen in deze meta-analyse waren behoorlijk heterogeen van opzet (wel of geen antidepressieve medicatie, verschillende definities van respons -variërend van 30-50% reductie van depressie-ernst-, verschillende meetinstrumenten gebruikt om depressie ernst te meten, resulterend in een hoge I-squared, een maat voor heterogeniteit). Bij 60 van de 66 studies was geen gebruik gemaakt van randomisatie (n= 1593 versus n=141 patiënten in gerandomiseerde studies) en de sample sizes waren behoorlijk klein, variërend van 6 tot 80 deelnemers met een gemiddelde van 23. De follow-up was in het algemeen zeer kort, met depressiemetingen de dag na deprivatie. In de meeste studies was totale slaapdeprivatie (TSD) toegepast: het overslaan van een nacht slaap waarbij de patiënt 36 uur wakker was. In sommige studies was een partiële slaapdeprivatie (PSD) toegepast: de patiënt mocht 3-4 uur slapen gevolgd door 20-21 uur waken.

Resultaten
De belangrijkste uitkomsten op een rij: de overall respons op TSD was 50%. De respons op PSD was 53%. De respons in gerandomiseerde studies was 45%. In aanvullende multivariabele analyses werden geen verschillen in respons gevonden tussen uni- of bipolaire groepen, noch voor medicatiegebruik, leeftijd, geslacht, type slaapdeprivatie of definitie van respons. De conclusie van deze meta-analyse is dan ook dat slaapdeprivatie een significant en snel antidepressief effect heeft. Een antidepressief effect binnen een dag bij 50% van de depressieve patiënten is natuurlijk spectaculair, en veel beter dan wat bereikt kan worden met antidepressiva. De vraag blijft echter wat je nu als clinicus kunt met de uitkomsten van deze studie.

Beperkingen
Op zich is het heel mooi dat de werkzaamheid van slaapdeprivatie is aangetoond in een meta-analyse. Meta-analyse is een krachtig instrument om meerdere studies met kleine sample sizes te wegen, en de auteurs hebben dat netjes aangepakt. Maar ze moesten daar wel wat kunstgrepen voor uithalen, omdat de oorspronkelijke studies nogal verschilden in aanpak en vaak methodologisch nogal rammelden. Zo was de definitie van respons heel verschillend in de studies en ontbrak in meer dan 90% een controlegroep. De heterogeniteit van de studies maakt dat de resultaten voorzichtig moeten worden geïnterpreteerd. Een ander belangrijk nadeel is dat de follow-up zo kort was. Uit ander onderzoek blijkt dat meer dan 80% van de depressieve patiënten die positief reageerden op slaapdeprivatie terugvielen na een nacht slaap. Het blijft dus erg belangrijk om zicht te krijgen op het werkingsmechanisme van slaapdeprivatie, en om manieren te vinden om de antidepressieve werking te verlengen. “More work needs to be done” is een gevleugelde uitspraak van de auteurs in de discussie, en ze hebben gelijk.

Referentie:

Meta-Analysis of the Antidepressant Effects of Acute Sleep Deprivation. Boland EM, Rao H, Dinges DF, Smith RV, Goel N, Detre JA, Basner M, Sheline YI, Thase ME, Gehrman PR. J Clin Psychiatry. 2017 Sep/Oct;78(8):e1020-e1034. doi: 10.4088/JCP.16r11332.

Bron: dejongepsychiater.nl

Dit bericht is 7638 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail