GGz en economische cijfers, een moeilijk verhaal

Facebooktwitterlinkedinmail

24 januari 2017 – Economische cijfers. Paul van Rooij, de vorige directeur van de brancheorganisatie van de geestelijke gezondheidszorg (GGz) in Nederland, twitterde in reactie op berichten dat er excessieve winsten in de GGz zouden worden gemaakt. Die paar grootverdieners zijn niet de hele sector, zo meldt fd.nl.

Financiële situatie
Vervolgens ging GGZ-Nederland weer over tot de orde van de dag en dompelde deze zich in zelfbeklag over de benarde financiële situatie van GGz-instellingen. Recent sloot Jacobine Geel, de huidige directeur van GGZ-Nederland in het FD zich bij deze “traditie” aan. De winsten zijn laag (1,8% in plaats van 4%, zoals door ons berekend in het FD van 6 januari), de bureaucratische druk is hoog (vooral door de decentralisatie naar gemeenten) en, desondanks, zijn de prestaties van de Nederlandse GGz-instellingen goed (wereldleider zelfs op sommige gebieden).

Feiten
Volgens de gegevens van de openbare website Digimv hebben 257 instellingen die actief zijn in de GGz-sector financiële gegevens aangeleverd. Van deze instellingen schreven er 223 (87%) over 2015 zwarte cijfers, boekten er 134 (51%) een nettowinstmarge van meer dan 4% en 34 (13%) een nettowinstmarge van meer dan 20%. Vooral bij die laatste instellingen komen ruimhartige dividenduitkeringen van meer dan een ton per persoon aan eigenaren van de instellingen voor. Desondanks klaagt GGZ-Nederland over de financiële en bureaucratische gevolgen van de decentralisatie van veel zorg naar gemeenten.

GGZ-Nederland is blijkbaar vergeten waarom de wetgever heeft besloten een deel van de GGz, en dan met name de jeugdzorg, aan de gemeenten over te dragen. Het belangrijkste argument hiervoor was dat gemeenten beter dan het Rijk kunnen voorkomen dat te veel mensen — kinderen in het geval van de jeugdzorg — in het medische circuit (van psychologen en psychiaters) terecht komen. Rapport na rapport werd er geconcludeerd dat er sprake was van aanzienlijke overbehandeling. Bovendien zou de GGz zich in het algemeen te veel toeleggen op de “makkelijke” gevallen en de zware gevallen snel als onbehandelbaar bestempelen.

Decentralisatie
Dat zeiden niet alleen economen die alleen kijken naar winstcijfers van de GGz. Ook sommige psychiaters, zoals bijvoorbeeld Damiaan Denys, vinden dat de GGz de drempel voor behandeling heeft verlaagd. Volgens Denys worden er steeds meer mensen met “ongemak”’ behandeld in plaats van mensen met “ziekte.” De mensen met complexe, dubbele diagnoses krijgen daardoor onvoldoende zorg.

Of decentralisatie dat soort problemen allemaal oplost, is niet duidelijk. De wetgever verwacht dat door gemeenten in een budgettaire klem te zetten, gemeenten een prikkel hebben om kritisch te zijn bij indicaties voor behandelingen. Toen de indicaties nog onder de verantwoordelijkheid van de centrale overheid vielen, was er geen enkele instantie die budgettaire gevolgen voelde van indicatiebeslissingen, met als gevolg onvoldoende tegenwicht tegen de tendenties tot overbehandeling vanuit het medische circuit.

Gevolgen
Decentralisatie heeft als nadeel dat instellingen nu met vele gemeenten contracten moeten afsluiten, met extra bureaucratiekosten als onvermijdelijk gevolg. “Eigen schuld” van de GGz en, bovendien, die bureaucratiekosten waar GGZ-Nederland over klaagt kunnen ook weer niet heel ernstig zijn. Hoe zijn anders, ondanks die torenhoge administratieve lasten, 87% van de GGz-instellingen in staat zwarte cijfers te schrijven?

Net als Frits Bosch recent stelde in het FD (Opinie, 20 januari) moet de GGz zich de kritiek op de sector ter harte nemen. Het wordt dus tijd dat GGZ-Nederland ophoudt met klagen. De sector moet bij zichzelf te rade gaan, hoe het toch kan dat ondanks de miljarden euro’s die de belastingbetaler spendeert aan de GGz en ondanks de mooie winsten die de meeste GGz-instellingen boeken, er toch steeds weer incidenten zijn waaruit blijkt dat patiënten met gecompliceerde psychische ziektebeelden onvoldoende behandeld worden. Uit de reactie van Jacobine Geel blijkt echter dat dit zelfreinigend vermogen bij GGZ-Nederland nog niet tot bloei is gekomen.

Bron: fd.nl

Dit bericht is 3667 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail