Social media: Alcohol is slecht voor je, neem nog een biertje!

Facebooktwitterlinkedinmail

18 december 2019 – Op social media komen jongvolwassenen regelmatig informatie tegen die met alcohol te maken heeft: van professionele advertenties tegen alcohol tot posts van feestende vrienden die alcoholgebruik juist sterk aanmoedigen.

Twee totaal verschillende boodschappen dus: ‘alcohol is slecht voor je’ tegenover ‘drinken is leuk’. Welke invloed hebben deze tegenstrijdige boodschappen op je hersenen en de gezondheidsbeslissingen die je in je dagelijks leven neemt? Die vragen gaat dr. Christin Scholz, communicatiewetenschapper aan de UvA, onderzoeken met behulp van haar nieuwe Veni-beurs.

In westerse landen zijn het sterftecijfer en het welzijn sterk afhankelijk van dagelijkse bezigheden, zoals wat we eten, hoeveel we bewegen en hoeveel we roken en drinken. “Communicatiemiddelen, bijvoorbeeld reclamecampagnes als de Bob-campagne, kunnen er absoluut voor zorgen dat mensen gezondere keuzes maken. Maar het is niet genoeg om simpelweg tegen mensen te zeggen dat ze moeten stoppen met roken of (te veel) drinken, onder meer omdat ze in hun dagelijks leven waarschijnlijk een heleboel informatie tegenkomen die iets anders zegt.”

Scholz gaat onderzoek doen naar de hersenen om meer inzicht te krijgen in de manier waarop mensen gezondheidsbeslissingen nemen wanneer ze dit soort tegenstrijdige informatie tegenkomen. “Door inzicht te krijgen in de mechanismen op basis waarvan mensen beslissingen nemen, hopen we hun gedrag op het gebied van gezondheid beter te kunnen voorspellen en betere maatregelen te kunnen ontwikkelen om mensen te helpen een gelukkig en gezond leven te leiden”, aldus Scholz.

“Positieve en negatieve berichten over alcohol zijn maar een paar klikken van elkaar verwijderd”
In campagnes zoals die tegen roken of alcohol wordt de boodschap om gezond gedrag te stimuleren zorgvuldig geformuleerd. Hoe haal je mensen over om hun gedrag te veranderen en gezonder te leven? Maar zodra een zorgvuldig opgestelde boodschap verstuurd wordt, komt deze terecht in een omgeving met ongelofelijk veel andere boodschappen, met name van iemands sociale netwerk en vrienden. “Positieve en negatieve berichten over alcohol zijn maar een paar klikken van elkaar verwijderd”, legt Scholz uit.

Zo kun je een advertentie uit de Bob-campagne zien en gewezen worden op de gevaren van rijden onder invloed, en meteen daarna je vrienden zien drinken op foto’s die ze net op Instagram hebben geplaatst. Hoe kun je na het zien van de tegenstrijdige boodschap van die advertentie en foto’s vervolgens beslissingen nemen over je gezondheidsgedrag?

Wat zien jongeren iedere dag?
Scholz gaat de overtuigingskracht van campagnes tegen alcoholgebruik en andere positieve en negatieve berichten over alcohol op social media met elkaar vergelijken om meer inzicht te krijgen in de invloed van de moderne informatieomgeving op de beslissingen van jongvolwassenen. Voor haar onderzoek vraagt ze eerst een grote groep gebruikers van social media (van 16-25 jaar) om wat gegevens van hun social media te delen en berekent ze vervolgens via een automatisch analyse van de content hoeveel berichten met een positieve of negatieve boodschap over alcoholgebruik er op verschillende netwerken te vinden zijn en wanneer men deze tegenkomt. Wat zien jongeren iedere dag? En welke berichten leveren meer discussie op dan andere?

Met behulp van neuroimaging hersenactiviteit meten
Vervolgens richt Scholz zich op de vraag: wat gebeurt er in de hersenen wanneer iemand aan deze overdaad aan informatie blootgesteld wordt? In deze tweede studie, dat wordt uitgevoerd in het Spinoza Center for Neuroimaging op de Roeterseilandcampus, bekijken de deelnemers positieve en negatieve berichten over alcohol terwijl hun hersenactiviteit wordt gemeten. Scholz volgt deze groep mensen vervolgens een maand lang om inzicht te krijgen in hun dagelijkse drinkgedrag en mediagebruik, en in het effect van verschillende soorten informatie over alcohol op hun gedrag.

Kort gezegd probeert Scholz met dit onderzoek een antwoord te vinden op de complexe vraag hoe en waarom we in de huidige informatieomgeving besluiten iets gezonds of iets ongezonds te doen, door gegevens te combineren over:

  • wat we zien in de bredere informatieomgeving
  • wat er in onze hersenen gebeurt wanneer we op basis van die informatie beslissingen proberen te nemen, en
  • hoe we ons vervolgens in werkelijkheid gedragen nadat we bepaalde soorten informatie hebben gezien.

De resultaten delen
Scholz zal de resultaten van haar onderzoek als beginpunt gebruiken voor aanbevelingen en interventies. Ook overheidsinstanties die gezond gedrag willen bevorderen hebben belang bij de resultaten. Ze kunnen deze bij het opzetten van hun campagnes gebruiken om oplossingen te vinden voor de omgang met positieve posts over alcohol op social media.

Bron: uva.nl 

Dit bericht is 3432 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail