NZa verbetert inzicht in wachttijden GGZ

Facebooktwitterlinkedinmail

17 oktober 2017 – Het is belangrijk dat burgers en zorgverzekeraars inzicht hebben in de actuele wachttijden in de zorg. Zo weten zij hoe lang het duurt voordat zij bij een bepaalde ggz-aanbieder terecht kunnen. De Nederlandse Zorgautoriteit onderneemt verschillende acties om dit inzicht te vergroten.

Alleen als er meer inzicht is in de wachttijden kunnen te lange wachtlijsten worden aangepakt. In juli 2017 maakten ggz-aanbieders en zorgverzekeraars samen afspraken om de wachtlijsten gezamenlijk aan te pakken. De NZa monitort die afspraken.

Inzicht in ggz-wachttijden
De NZa verplicht ggz-aanbieders om vanaf 2018 elke maand hun wachttijdgegevens aan te leveren aan Vektis. Deze verplichting sluit aan bij het breed gedragen initiatief van de koepel van cliënten- en familieorganisaties in de ggz, ggz-aanbieders en zorgverzekeraars voor een nieuwe keuzewebsite voor patiënten in de ggz. Daar kunnen patiënten vanaf volgend jaar informatie vinden over ggz-aanbieders, zodat zij bewust een keuze kunnen maken. Wachttijden vormen een belangrijk onderdeel van die informatie.

Vektis business intelligence centrum voor de zorg, gaat de wachttijdgegevens verzamelen. De NZa krijgt de aangeleverde gegevens van Vektis. Op die manier is er een uniform, actueel en vergelijkbaar overzicht van de wachttijden in de ggz en hoeven aanbieders deze maar één keer aan te leveren. Er is bij Vektis dan één bronbestand van wachttijden waar andere partijen, zoals patiënten- en brancheorganisaties, uit kunnen putten.

Aanbieders in de ggz moeten nu al op hun website vermelden hoe lang het duurt voordat een patiënt voor een eerste intake bij een therapeut terecht kan (de aanmeldwachttijd) en hoe lang het duurt voordat de behandeling begint (de behandelwachttijd). Patiënten die langer moeten wachten dan de afgesproken normtijd (de Treeknorm) kunnen hun zorgverzekeraar om bemiddeling vragen naar een aanbieder die eerder plaats heeft.

 

Bron: nza.nl

Dit bericht is 2719 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail