2 mei 2017 – Henny Visser is projectleider van het project ‘Towards personalized care and reduction of chronicity in patients with Obsessive Compulsive Disorder’. Wat wil ze met dit project bereiken? En waarom is dat zo belangrijk? En wie zijn er allemaal bij betrokken? In een kort telefonisch interview legt Charlotte Gaasterland deze vragen aan Henny voor.

Nieuwe behandeling voor dwangklachten.
‘We zien bij mensen met dwangklachten nog al eens geen of weinig resultaat van een behandeling, ondanks de vele inspanningen van behandelaren. De standaard psychotherapeutische behandeling die op dit moment wordt gegeven bij deze klachten is cognitieve gedragstherapie. Een nadeel van deze behandeling is dat iemand met dwangklachten steeds moet doen wat hij of zij niet durft. Dit maakt de drempel voor deze behandeling hoog. In dit project willen we uitpluizen of een nieuwe behandeling, genaamd Inference Based Approach (IBA), net zo goed werkt als cognitieve gedragstherapie. Bij IBA hoef je niets te doen wat je niet durft. Je wordt wel sterker en weerbaarder, maar het gaat veel meer over inzichten opdoen dan over angsten overwinnen. IBA verdient, denken wij, een plaats naast cognitieve gedragstherapie als mogelijke behandeling voor dwangklachten.’

Therapievormen vergelijken
‘Via de dobbelsteenmethode vergelijken we de 2 therapievormen met elkaar. Bij de deelnemers nemen we vragenlijsten af over bijvoorbeeld de ernst van de klachten, kwaliteit van leven en beroepsmatig functioneren. Dit doen we na afloop van de therapie en ook een jaar later.’

Uitzicht op meer en beter herstel
‘Het onderzoek komt echt uit de praktijk, patiënten hebben behoefte aan een nieuwe methode. OCD is een ontzettend akelige aandoening, die een enorme wissel trekt op de kwaliteit van leven. Niet alleen de mensen met dwangklachten hebben er last van, maar het richt ook schade aan bij naasten, bijvoorbeeld bij kinderen. Ik wil persoonlijk graag een bijdrage leveren aan uitzicht op meer en beter herstel bij deze mensen. Als het behandelen van dwangklachten op een beter te verdragen manier kan worden behandeld, zou ik dat enorm toejuichen. Ook is het fijn voor behandelaren om te weten dat er een alternatieve therapie bestaat naast cognitieve gedragstherapie.’

Patiëntenparticipatie
‘Er is een goede samenwerking met de patiëntenvereniging. Ervaringsdeskundigen doen mee in het hele traject van de studie, van het ontwerp tot aan de uitvoering. Patiënten hebben in het eerste stadium bijvoorbeeld meegedacht over de uitkomstmaten van de studie. Ook zetten we ze in bij het kritisch meelezen met de informatie over de studie, en het controleren of de huiswerkopdrachten te doen zijn. Wij onderzoekers willen het liefst 1000 vragenlijsten voorleggen aan de deelnemers, maar de ervaringsdeskundigen houden als een soort waakhond in de gaten dat de studie niet te belastend wordt voor deelnemers.’

Veel interesse in de methode
‘De methode implementeert zichzelf, omdat het leuk is om te geven en leuk om te krijgen. Er zijn van Groningen tot Maastricht deelnemende sites. Als de uitkomsten zijn wat we verwachten, kunnen patiënten vanuit het hele land zich aanmelden bij een instelling, waar de behandelaren door hun deelname aan deze studie al getraind zijn.’

Bron: zonmw.nl

Dit bericht is 3236 keer gelezen.