Eetstoornis boulimia komt veel minder vaak voor

Facebooktwitterlinkedinmail

boulimia, eetstoornis

24 september 2016 – Het aantal nieuwe gevallen van de eetstoornis boulimia nervosa is in de laatste dertig jaar met twee derde afgenomen. Een mogelijk verklaring is dat overgewicht normaler geworden is en daardoor de druk is verminderd om eetbuien te compenseren door bijvoorbeeld te braken of laxeermiddelen te gebruiken, wat de kern vormt van boulimia.

Op dit onderzoek promoveert psychiater Frédérique Smink op 28 september aan de Rijksuniversiteit Groningen. “De gemiddelde body mass index (BMI) van de bevolking is gestegen in de afgelopen jaren; er zijn meer mensen met overgewicht”, vertelt Smink. “Dit zie je terug in het straatbeeld. Hierdoor voelen mensen mogelijk minder druk om met een agressieve methode eetbuien te compenseren, zoals bij boulimia het geval is.”

Het aantal nieuwe gevallen van boulimia is afgenomen terwijl het aantal mensen met anorexia nervosa, waarbij de patiënt sterk vermagert en ondergewicht heeft, de afgelopen drie decennia stabiel bleef. “Iedere psychiatrische stoornis wordt veroorzaakt door een samenspel van biologische factoren, zoals genetische aanleg, psychologische factoren en sociale factoren”, vertelt Smink. “Boulimia is waarschijnlijk gevoeliger dan anorexia voor sociale factoren, zoals de stijging van de BMI van de algemene bevolking, maar ook de opkomst van het internet in de afgelopen jaren.”

Zelfhulp
Voor Smink heeft het internet zowel een positieve als een negatieve kant voor eetstoornissen. “Aan de ene kant heb je zogenoemde pro-ana-websites, die eetstoornissen als een lifestyle verheerlijken, en sociale media met profielen van meiden die foto’s van hun afgetrainde lichamen tonen.” Dit zou juist eetstoornissen in de hand kunnen werken.

Het internet heeft echter ook een positieve invloed op mensen met anorexia en boulimia. “De afgelopen twintig jaar is meer aandacht voor eetstoornissen en de schadelijke effecten ervan. Vooral boulimia is omgeven met veel schaamte en taboe. Door het internet hebben mensen tegenwoordig gemakkelijker – en anoniemer – toegang tot informatie en behandeling, zoals bijvoorbeeld zelfhulp. Mogelijk vinden mensen daardoor sneller de weg naar herstel, voordat ze een ernstige eetstoornis hebben ontwikkeld.”

Preventiemiddel
Over de toekomst is Smink duidelijk. “In tegenstelling tot boulimia wordt anorexia al sinds de Middeleeuwen beschreven, dus ik verwacht dat deze stoornis nog wel even zal bestaan. Tenzij er een goed preventiemiddel ontwikkeld wordt.”

De twee eetstoornissen zijn ernstige psychiatrische aandoeningen die meestal ontstaan in de overgang van jeugd naar volwassenheid; ze ontstaan meestal tussen de leeftijd van 15 en 19 jaar.

Uit Sminks onderzoek blijkt dat onder Nederlandse adolescenten 1,7 procent van de 20-jarige vrouwen anorexia nervosa heeft of ooit in haar leven heeft gehad, 0,8 procent boulimia nervosa en 2,3 procent de eetbuistoornis, ook wel binge eating disorder (BED) genoemd. Bij 20-jarige mannen kwam de eetbuistoornis het meeste voor; daarbij ging het om 0,7 procent.

Bron: nu.nl

Dit bericht is 5390 keer gelezen.

Facebooktwitterlinkedinmail